De moord op de Amerikaanse president John F. Kennedy op 22 november 1963 maakte zoveel indruk dat velen zich later levendig voor de geest kunnen halen waar ze waren op het moment dat ze ervan hoorden. De aanslagen van 11 september 2001 hadden dat ook. Beide gebeurtenissen zijn een rijke voedingsbodem gebleken voor complottheorieën. Zullen die rond ‘9/11’ net zo beklijven als die rond ‘JFK’?
door Pepijn van Erp – Skepter 34.3 (2021)
Als we kijken wat in de Nederlandse media in 1983, twintig jaar na de moord op Kennedy, is verschenen, valt op dat het bijna gewoon was om te veronderstellen dat er een luchtje zat aan de officiële lezing, en zeker aan het aanwijzen van Lee Harvey Oswald als enige dader. Journalist Theo Temmink van de Volkskrant pakte uit met een volle pagina (en die waren toen flink forser dan nu): ‘Veel wijst erop dat Oswald, de sukkel, met open ogen in de val is gelopen die de samenzweerders hebben gezet. ‘I’m just a patsy’, riep hij zelf na zijn arrestatie’ — ik ben maar een schlemiel. Columnisten als Bart Tromp (Het Parool) en Coot van Doesburgh (Het Vrije Volk) weten stellig dat er naast Lee Harvey Oswald nog een schutter was. ‘De jaren erna is er veel over gespeculeerd. De feiten zijn echter nooit boven tafel gekomen,’ staat er in de aankondiging van een die avond uitgezonden NOS-documentaire.
Bewijs
De journalisten en columnisten hadden wel een punt: de House Select Committee on Assasinations van het Amerikaans Congres had in 1979 gerapporteerd dat het ‘waarschijnlijk’ was dat er nog een vierde schot was gelost naast de drie van Oswald — zij het louter op basis van akoestisch bewijs. Wat ze echter gemist hadden, is dat dit bewijs al snel daarna stevig onderuit was gehaald door de National Research Council (onderdeel van de Amerikaanse academie van wetenschappen), die er in 1982 zelfs in Science over publiceerde. Daarmee was het laatste snippertje concreet bewijs dat kon duiden op een samenzwering eigenlijk wel verdwenen.
Toch blijft een ruime meerderheid van de Amerikanen er tot op de dag van vandaag van overtuigd dat die er wel degelijk was.
Vinger in de pap
Deze september is het twintig jaar geleden dat teams van Al Qaeda vier vliegtuigen kaapten en een enorme ravage aanrichtten met bijna drieduizend directe slachtoffers. Die gebeurtenis had waarschijnlijk een veel grotere impact dan de moord op Kennedy. Veel meer mensen konden het live volgen en er kwamen al snel concrete wijzigingen in het Amerikaanse buitenlands beleid die het leven van miljoenen drastisch veranderden.
Het idee dat de Amerikaanse overheid ook bij deze aanslag een vinger in de pap heeft gehad, leeft echter — althans in de Verenigde Staten — veel minder: slechts zo’n 15 procent heeft ernstige bedenkingen bij de officiële versie.
Nine-eleven is eigenlijk ook te complex om er een consistente complottheorie omheen te formuleren. Bij Kennedy volstaat het om er een extra schutter bij te fantaseren.
Toch blijven complotdenkers, bij deze aanslag truthers genoemd, pogingen doen om gaten in dat officiële verhaal aan te tonen. Vooral de Amerikaanse stichting AE911Truth — Architects & Engineers for 9/11 Truth — houdt stug vol en slaagt er nog steeds in donaties te werven.
WTC7
De focus ligt al jaren op de ‘verdachte’ instorting van WTC7, de wolkenkrabber die niet geraakt werd door de vliegtuigen die de Twin Towers invlogen, maar het later op de dag na langdurige en onbestreden branden begaf. Danny Jowenko, de Nederlandse explosievenexpert die zich in 2006 in een Zembla-documentaire liet ontvallen dat die instorting erg leek op controlled demolition, wordt nog steeds als belangrijke bron opgevoerd. Helaas heeft Jowenko geen reactie gegeven op het officiële rapport dat later uitkwam, en omdat hij in 2011 bij een auto-ongeluk om het leven kwam, zal die niet meer komen.
Het lukte AE911Truth in recente jaren wel een ‘onafhankelijk’ onderzoek te financieren dat zou moeten laten zien dat branden niet de enige oorzaak kunnen zijn geweest. De hoogleraar Leroy Hulsey van de universiteit van Alaska klaarde die klus, maar zijn resultaat is van zulk bedenkelijk niveau dat de groep het waarschijnlijk niet aandurfde om het door serieuze vaktijdschriften te laten beoordelen — de peer-review werd dus maar in eigen kring uitgevoerd.
Van Houts
In Nederland wordt het vuurtje van de truthers nu vooral gaande gehouden door George van Houts. In twee voorstellingen herkauwde de theatermaker nagenoeg het hele repertoire, inclusief vergezochte theorieën als verwisselingen in de lucht van de vliegtuigen met reusachtige drones en nucleaire sloopinstallaties onder de Twin Towers.
De door Van Houts opgerichte Stichting 11 September looft een ton uit voor wie ‘de officiële complottheorie van de Amerikaanse overheid aannemelijk kan maken en de wetenschappelijke bewijzen tegen deze officiële theorie kan weerleggen’. De voorwaarden zijn dusdanig dat uitbetaling mij onwaarschijnlijk lijkt. Wie het toch wil proberen, kan ik overigens 9/11: 20 jaar complotdenken van de Belgische skepticus Brecht Decoene aanbevelen, dat deze maand verschijnt in de SKEPP-reeks ‘De skeptische kijk’, en waarin een flink deel van Van Houts vragen wordt beantwoord.
Buik vol
Of de media rond 11 september veel aandacht zullen hebben voor 9/11-complottheorieën en die mogelijk zelfs deels omarmen, valt te bezien. Wellicht hebben ze door alle gezwets rond corona de buik vol van complotdenken — en meer oog voor de kwalijke invloed ervan.
Uit: Skepter 34.3 (2021)
Meer over complottheorieën rondom 9/11:
- 9/11 is nog steeds te complex voor Coen Vermeeren
- Zwak onderzoek van professor Hulsey in opdracht van AE911Truth bewijst niets over oorzaak instorting WTC7
- De knullige prijsvraag van Stichting 11 September
- Nieuwe strohalmen voor 9/11-complotdenkers
- Leugens en misleidingen van Stichting 11 September, een complotvehikel van George van Houts
- Kom Plot – George van Houts leent oogkleppen van complotdenkers
- Een boek vol leugens: “9/11 is gewoon een complot”
- Het WTC-complot – Bouwkunde met strohalmen