Een gesprek met hoogleraar Medische Psychologie Rudolf Ponds, voorzitter van het Nederlands Instituut van Psychologen, over hoe hun beroepscode zich verhoudt tot psychologen die zich aan kwakzalverij bezondigen, tuchtrecht, en accreditatie van wetenschappelijk gezien soms dubieuze therapieën.
Abonneren op de podcast kan via Spotify, Apple Podcasts, Acast en Castbox, andere afleveringen zijn ook te vinden via deze knop:
Reacties, suggesties en tips zijn welkom op podcast@skepsis.nl
Verder lees- en kijkvoer bij deze aflevering:
- NIP Beroepscode voor psychologen
- Skepsis Podcast #2 over oa de polyvagaal-theorie
- Skepter: Geen Nobelprijs voor uitbijter – over ‘Past Reality Integration’, de kwaktherapie bedacht door Ingeborg Bosch
- Skepter: Een discutabele opstelling – over familieopstellingen

Transcript
Hieronder staat een met AI gegenereerd transcript van deze podcast. Er zitten veel foutjes die nog niet zijn gecorrigeerd, dus u bent vast gewaarschuwd.
Welkom bij deze Skepsis Podcast Special, een podcast voor iedereen die het skeptische gedachtenvoer van warm hart toedraagt. Dit is een speciale editie geheel in het teken van de vraag hoe het Nederlands Instituut van Psychologen, het NIP, om kan gaan met leden en opleiders die zich bedienen van pseudowetenschap. Zo blijken er in de praktijk behandelaars te zijn die met balansstenen de chakras van mensen met psychische problemen willen behandelen en die de beschermde titel psycholoog NIP dragen.
Daarnaast zijn er opleiders waar psychologen accreditatiepunten kunnen verdienen door zich te verdiepen in de volstrekt onwetenschappelijke polyfagaal theorie. Afijn, de vraag is natuurlijk hoe het NIP hiermee kan omgaan, welke mogelijkheden zijn er of is er een grijs gebied waar een simpel voor of tegen geen soelas biedt. We gaan erover doorpraten met de voorzitter van het NIP, Rudolf Ponds, en uiteraard met mijn vaste podcast tafelheer en SKEPSIS-bestuurslid Pepijn van Erp.
Mijn naam is Richard Engelfriet, ik ben uw presentator en uiteraard eerst even naar onze hoofdgast, Rudolf Ponds. Fijn dat je er bent, dat is sportief ook. Je bent dus voorzitter van het NIP, ik spreek het zo goed uit en iedereen zegt vaak het instituut voor psychologen, maar het is heel duidelijk en bewust van psychologen.
Waarom vinden jullie dat zo belangrijk?
[Rudolf Ponds]Nou, omdat het suggereert dat de psychologen zelf daar een actieve rol in hebben. Het is niet een instituut die psychologen enkel bedient, maar psychologen moeten zelf aan het werk. Dat is eigenlijk de achterliggende gedachte, denk ik, lang geleden.
Want ik heb het natuurlijk niet zelf.
[Richard Engelfriet]Ja, nee, want jullie bestaan al even daarover straks meer. En over jouzelf, jij bent voorzitter van het NIP en tevens ook klinisch neuropsycholoog en hoogleraar medische psychologie. Klopt.
Wat voor type onderzoek moeten we dan aan denken, wat jij bijvoorbeeld doet?
[Rudolf Ponds]Mijn eigen onderzoek heeft natuurlijk vooral betrekken op mensen met hersenletsel, dementieën. En ik heb een bijzonder interesse in mensen die vooral psychische problematiek ontwikkelen naar hersenletsel of bij dementie en gedragsproblemen en dergelijke. Dat is eigenlijk een beetje de rode draad door mijn onderzoekscarrière, maar het gaat verschillende kanten op inmiddels. [Richard Engelfriet]
Ja, en hier dus vooral even met die pet van voorzitter van het NIP. Ja. En we snappen uiteraard dat dit geen besluitvormende bijeenkomst is waar je even dit of dat namens het hele NIP kan toezeggen.
En tegelijk, we zijn je zeer dankbaar dat je dit gesprek wil aangaan. Wat heeft jou over de streep getrokken om te zeggen, nou, ik kom graag met jullie praten?
[Rudolf Ponds]Nou ja, dat het probleem wat jullie willen bespreken natuurlijk, of het ook voor ons bekende kost is zogezegd. En gewoon goede terechte vragen zijn. Vragen die ook weleens aan ons bureau worden gesteld door Mensheid Uit Land of door andere organisaties.
En ja, je noemde het al, het bekende grijze gebied tussen de diehard wetenschap en de protocollen en de andere kant mensen die andere invalshoeken kiezen om met patiënten aan de slag te gaan of met cliënten. Ja, dat is natuurlijk voortdurend een bron van aandacht voor ons ook. Ja.
[Richard Engelfriet]Heel goed, we gaan er straks eens over doorpraten. Ook al gezegd, Pepijn van Erp, bestuurslid bij de stichting Skepsis. We gaan zo duiken hier zo dadelijk dieper in allemaal.
Maar misschien ook maar even goed om te benoemen ook vanuit Skepsis, waarom vinden jullie dit een belangrijk gesprek? Je zou wel kunnen zeggen, joh, dit wordt een soort academische muggenzifterij. Wat is nou wetenschap en niet?
En waarom is het van belang als iemand zich toch goed voelt bij die chakras?
[Pepijn van Erp]Nou ja, dat soort vragen krijgen wij dus ook wel. Ik beheer met hetzelfde mail van Skepsis, dus ik zie ook wel wat er allemaal binnenkomt aan vragen. En dan komen we later wel eens mensen vragen van, hé, ik heb deze therapeut ofzo, die biedt deze dingen aan, weten jullie daar iets van?
Want het komt mij allemaal heel vaag over. En ja, nou goed, wij weten natuurlijk wel het een en ander van, zeker van de pseudowetenschappelijke theorieën. En dan verbaas je ook wel eens over dat je dan bij die staat van, hé, het wordt aangeboden door iemand die zich psycholoog Nip noemt.
[Richard Engelfriet]Ja. [Pepijn van Erp]
En hoe zit dat? Dus ik ben ook gewoon nieuwsgierig van hoe Nip daarmee omgaat zelf. [Richard Engelfriet]
Precies. Maar ook nog even vanuit Skepsis, waarom vinden jullie dat belangrijk ook om dat gesprek? Want nogmaals, je zou dus ook kunnen zeggen, bepaalde vormen met chakras en balansstenen, dat hoor je natuurlijk ook vaak.
Ach, baat het niet, dan schaadt het niet.
[Pepijn van Erp]Nou ja, dat denk ik is dus niet het geval. Wij waken ons wel een beetje voor dat het niet moet gaan verwateren. Als mensen heel bewust kiezen voor iets en goed weten waar ze aan beginnen, ja, is dat denk ik prima.
Maar ja, die vragen die komen ook al binnen, juist omdat er dus verwarring is. En wij proberen dus natuurlijk zelf goed te beschrijven van, ja, wat een beetje wat vagere dingen, waar ze vandaan komen, wat ze doen en wat voor onderzoek er naar gedaan is. En wij bemoeien ons niet zozeer met de, zeg maar, de wetenschappelijk gefundeerde psychologische methode.
Wel, ja, zeker het grijs gebied interesseert ons. Precies.
[Richard Engelfriet]Nou, daar komen we vanzelf over te spreken. We gaan het dus vooral hebben over twee onderwerpen. Aan de ene kant dus psychologen zelf, die zich psycholoog NIP mogen noemen, maar die dus ook pseudowetenschap bedrijven.
En aan de andere kant ook de accreditatieopleidingen. Laten we ter zake komen met het eerste onderwerp. Stel, ik heb serieuze mentale problemen.
Ik ben op zoek naar een goede psycholoog. Dan is het natuurlijk heel fijn om te weten dat er een beroepsvereniging is met 17.000 leden. En dat is natuurlijk het NIP.
En ja, we hadden het al even, er bestaat al 85 jaar de grootste beroepsvereniging van psychologen in Nederland. En dat is geen vrijblijvend clubje. Het NIP kent kwaliteitsstandarden, heeft een serieuze beroepscode en kan zelfs beroepsbeoefenaars die er een potje van maken voor de tugrechter slepen.
En toch zijn er online allerlei behandelaars te vinden die zich enerzijds psycholoog NIP noemen, maar die anderzijds bijvoorbeeld chakra- en aurabehandelingen aanbieden. Eentje maakt het wel erg bond en laat via de handen de reiki weer energetisch stromen en werkt met bloesem en bronwater om via star remedies in alle rust en met volledige intentie toe te werken naar de essences. Bij deze behandelaar kun je met balansstenen ervoor zorgen dat je beter geaard bent.
En ik citeer het voor de goede orde allemaal letterlijk van een website van iemand die zich ook psycholoog NIP noemt. Ja, Rudolf, dit kan toch niet de bedoeling zijn?
[Rudolf Ponds]Ja, nee, dat is terecht. Daar hebben wij natuurlijk ook onze vraagtekens bij. Maar even een goede uitleg te geven hoe het zit met tugrecht en dergelijke.
We zijn een beroepsvereniging van psychologen met een beroepscode. Dat is erg belangrijk. Dan zei ik het richtsnoer over deskundigheid, kwaliteit, respect en dergelijke dingen.
Daar is het allemaal op gebaseerd. Alle psychologen in Nederland hebben zich te richten naar de beroepscode. De leden van onze vereniging zijn er ook direct op aanspreekbaar in de zin dat ze via een van onze twee colleges, college van toezicht of college van beroep op kunnen worden aangesproken naar een klacht van een patiënt of een cliënt.
We hebben natuurlijk ook te maken met de BIG. De BIG is natuurlijk een belangrijke titel geworden in de werkende gezondheid, ook voor psychologen. Dus er zijn heel veel gezondheidsspieren.
Een zorgpsycholoog ligt van onze vereniging en dat is dus een hele andere route die buiten de vereniging loopt. Dat valt via de tugrecht van de BIG. Maar de tugrecht van de BIG richt zich natuurlijk mede ook weer op de beroepscode van de psychologen.
Dat is eigenlijk de procedure. Als NIP-bestuur, als algemene vereniging, spreken wij niet individuele leden aan, maar hebben we eigenlijk het zo georganiseerd, en dat is natuurlijk niet zo heel bijzonder, dat doen heel veel beroepsverenigingen, dat je onafhankelijke colleges instelt waar een klacht kan worden ingediend. In ons geval is dat de college van toezicht.
En bij het college van toezicht beoordeelt of de betreffende klacht gegond is. Of degene die klaagt terecht zegt, ja deze psycholoog heeft apenkool verkocht en mij voor een heleboel geld. Ik voel me echt een beetje genaaid.
En dat kan gegond worden verklaard.
[Richard Engelfriet]Dus de formele weg, als ik dus met mijn mentale problemen, ik kom bij deze behandelaar terecht, ik ga met balansstenen aan de slag en ik kom er vervolgens achter, hé maar wacht even, dit heeft niets met wetenschap te maken, kan ik naar de tugrechter en kan ik bijvoorbeeld mijn geld toegeven? [Rudolf Ponds]
Je kunt niet naar de tugrechter, je kunt in ieder geval naar het college van toezicht. Is het een gezondheidszorgpsycholoog, dus een big titel, dan kun je naar de tugrechter. En heeft hij geen big titel, dan zou je in dit geval dus naar het NIP kunnen gaan, het college van toezicht. [Richard Engelfriet]
Dat gaat me nu natuurlijk om dat laatste, dit is iemand, nogmaals we gaan niet aan neming en shaming doen, maar ik heb je de voorbeelden laten zien, je hebt het kunnen checken. Dit is iemand die zich psycholoog NIP noemt, dat is een beschermde titel, ik mag mij zo niet noemen. Ik heb geen afgeronde opleiding psychologie gedaan, dus ik mag me zo niet noemen.
Nou je mag je wel psycholoog noemen, dat is geen beschermde titel, maar psycholoog NIP mag niet. En dat gebeurde hier expliciet en er zijn meer voorbeelden van. En misschien ook even goed om jullie eigen beroepscode er dus bij te halen.
In artikel 107, ik citeer even, daar staat psychologen moeten hun beroepsmatig handelen kunnen verantwoorden in het licht van de stand der wetenschap ten tijde van dat handelen, zoals deze uit de vakliteratuur blijkt. Klopt. Dat is natuurlijk een beetje het artikel waar het hier om gaat.
[Rudolf Ponds]Uiteraard. [Richard Engelfriet]
Ik ben toch maar even benieuwd, het blijft uiteraard een voorbeeld en ik heb geen idee hoeveel cliënten deze behandelaar heeft, dat weten we ook niet. Hij heeft misschien nog nooit één behandeling gedaan met die star remedies. Maar wat roept het bij jou op als je dat ziet?
Iemand noemt zich psycholoog NIP en gaat met dit soort methodes aan de slag.
[Rudolf Ponds]Ja, ik word er zelf niet heel blij van, maar ik weet ook niet wat er gebeurt. Dat is altijd natuurlijk het grote dilemma. Wat betekent dit nou precies?
We hebben ook een ander artikel in die beroepscode staan, die zegt er zijn natuurlijk nieuwere ontwikkelingen in therapieland of waar dan ook en ook daar staat het artikel. Als de psycholoog zich bezighoudt met wat nieuwere, recente ontwikkelingen, dan is het wel de hoogste mate voor zorgvuldigheid die daar betracht moet worden. En dat betekent het principe natuurlijk dat je moet zeggen ik zie dat dit nog niet volledig evidence-based is, niettemin met collega’s gaan we toch kijken wat er in het vat zit mogelijk.
Maar dat vraagt dan ook een bepaalde kritische attitude naar jezelf.
[Richard Engelfriet]En dus ook mogelijk naar een cliënt zo van, nou wellicht dat deze methode voor jou iets zou kunnen zijn, maar ik moet er gelijk eerlijk bij zeggen. Dan moet je dat soort disclaimers… [Rudolf Ponds]
Exact, en dat is natuurlijk steeds waar we geen weet van hebben wat er nu letterlijk in die behandelkamer gebeurt. En alle psychologen weten dat je niet iedere patiënt op dezelfde manier, of elke cliënt, ik noem me steeds patiënt, maar ik noem maar vanaf nu cliënt, de entree vindt. En daar is een grote diversiteit.
En kijk waar het natuurlijk in de kern om gaat is als, ja heel theoretisch zou deze psycholoog Nip, misschien na de stenen en naar de chakra, wel degelijk een echt een goed therapeutisch gesprek kunnen hebben met een patiënt. Ik weet het niet met een cliënt, dat zou kunnen. Maar als dezezelfde psycholoog Nip, of als er een patiënt is die zegt ja ik ben tien gesprekken verder en ik heb al een hoop stenen op mijn kop gehad en handoplegging en wat iets meer, ik vind het toch een beetje apelkool worden, want het schiet niet op.
Het maakt geen deskundige indruk. Ik ga deze psycholoog wel degelijk aanspreken hierop en ik overweeg geen klacht bij het college van toezicht van de Nip. Dan denk ik dat de psycholoog wel heel veel heeft uit te leggen.
En dat de cliënt die klacht wel eens gegond kan worden gedaan.
[Richard Engelfriet]Maar de weg blijft dus altijd vanuit de cliënt en niet vanuit de vereniging. [Rudolf Ponds]
Wij spraken het van tevoren. [Richard Engelfriet]
Dat is niet vanuit de vereniging. Toen zei je, dat vond ik wel een mooie uitspraak, jij zei ja wij zijn niet de taliban. Vond ik wel mooi.
Wij gaan dus niet. En je zou ook gewoon de vraag kunnen stellen, waarom eigenlijk niet?
[Rudolf Ponds]Omdat het totaal onuitvoerbaar is. Maar er zit een veel belangrijker argument aan. Het Nip de beroepscode is niet bedoeld, dit geld is eigenlijk vooral ingericht dat iedere psycholoog zich er tegen van bewust is dat hij kwaliteit moet leveren.
Het is zijn of haar verantwoordelijkheid. Daar begint het. Je bent academisch opgeneten, dat betekent ook academisch en kritisch blijven denken.
Want dat is natuurlijk waarom je universitair geschoold bent. Operationaliseerde dan de jonge psycholoog altijd heel simpel. Dat betekent eigenlijk niks meer.
Dat je ook tien jaar nadat je universiteit hebt afgerond nog steeds denkt, heb ik vandaag nou het beste gedaan wat denkbaar is. En weet ik wel zeker dat wat ik morgen voor plan ben inderdaad het beste is wat ik te bieden heb op basis van kennis en literatuur en alles wat zich ontwikkelt. Dat is de kern.
En het is aan de psycholoog zelf om daar steeds een keuze in te maken en verantwoording voor te nemen. En zijn toetssteen is dan de beroepscode. En daar ligt het eerste primaat.
[Richard Engelfriet]Bij de individuele psycholoog. Precies, bij de individuele psycholoog. En misschien dit is maar even dan een eerste voorbeeld, misschien wat extreem.
Maar een andere methode die we heel veel tegenkwamen bij meerdere psychologen die zo’n psycholoog hebben, was bijvoorbeeld de familieopstellingen. Nou hebben we daar toevallig, ik heb dat artikel geschreven in de Skepter, ons lijfblad, de meest recente meta-studie die zegt letterlijk the quality and quantity of the evidence are low. Dus de bewijs, zowel een hoeveelheid als een kwaliteit, is op dit moment heel laag.
Maar dat zien we heel veel gebeuren. Is dat dan ook zo’n methode waar mensen dan ook met z’n allen maar zelf, of is dat ook iets wat jullie binnen de vereniging wel voeren? Dat je merkt van, god die methode wordt wel heel veel gebruikt, maar hoe zit dat eigenlijk met die wetenschap?
Voer je dat gesprek wel met elkaar? Zonder dus taliban te zijn van jij mag wel en jij mag niet, maar voer je wel zo’n discussie met elkaar? Wat maakt nou dat we bijvoorbeeld familieopstellingen wel of niet inzetten?
[Rudolf Ponds]Ja, ik denk dat een discussie zeker gevoerd wordt binnen de verschillende werkvelden. In dit geval bijvoorbeeld het werkveld van de GGZ. Maar ik ben er niet in detail van op de hoogte.
Maar kijk, dit is denk ik wel een heel goed voorbeeld. Als je familieopstellingen, wat ik daarover gelezen heb, wat jij daarover gezegd hebt, dat is ook echt wel een tricky business om het zo te zeggen. Want kijk, op zich het hebben van een soort rollenspellen is natuurlijk niet onbekend.
Dat gebeurt in meerdere therapievormen en is ook best een krachtig medium. Maar in dit geval, zover als wordt gezegd, nou iedere burger mag daar wat van vinden, de vragensteller in dit geval mag daar wat roepen. Dat is natuurlijk iets wat anders.
Dat kun je doen als je het over politiek hebt. Maar in dit geval gaat het natuurlijk vaak om traumaverwerking en jeugdtrauma’s, vroege trauma’s. En dat is een gevaarlijk werkveld waar inderdaad, het type is een werkveld waar heel veel methodieken worden ontwikkeld, meer en minder onderzocht.
Terwijl juist het adresseren van trauma’s, dat vraagt echt heel groot veel deskundigheid omdat mensen erg kunnen ontregelen daardoor.
[Richard Engelfriet]En je zou dus kunnen zeggen, jullie kunnen als vereniging, uiteraard, jullie gaan niet als een soort taliban langs de deur en kijken wat er in je spreekt, maar jullie kunnen als vereniging wel zo’n gesprek op gang brengen. [Rudolf Ponds]
Zeker. [Richard Engelfriet]
En op die manier wel aan leden zo van, hey, wees je bewust waar je mee bezig bent. Zo’n familieopstelling, dat is echt iets heel anders dan bijvoorbeeld EMDR, waar we veel meer bewijs hadden. [Rudolf Ponds]
Exact, exact. En dat mag u ook zeker adresseren. En we hebben dat bijvoorbeeld ook gedaan, een voorbeeld dat bekend is, is we hebben vorig jaar de psycholoog voor het eerst in de geschiedenis van het NIP.
Over de PRI ging het. Over de PRI. Ik denk dat dat, dat geldt ook eigenlijk over jeugdtraumas en dergelijke.
En daar was onmiddels natuurlijk een zodanig dossier ontstaan, niet alleen bij ons in het bureau, met de publicatie in de psycholoog, maar ook in de kranten, de Telegraaf, AD, ik weet niet eens precies. Met toch een aanhoudende, wat zou ik zeggen, weinig meewerkende reacties van degene die dit enthousiast naar voren brengen. En op een zeker moment, ook nog hier in beeld gaan, we hebben ook de oplossing voor anorexia nervosa.
Toen was voor ons echt de maat vol, want anorexia nervosa is de meest moeilijk te behandelen en de meest dodelijke ziekte die we kennen in de psychiatrie. En dan, toen hebben we op een gegeven moment ook, ook na een interne discussie, een oproep van een K.L. Soedijn, een bekende columniste, bij ons gezegd, hier moeten we wat mee. En toen bleek dat er ook ruimte voor was, dus om als bestuur eigenlijk hier generiek iets over te kunnen vertellen.
[Richard Engelfriet]Precies, en dat gaat even voor de luisteraars, dus dat heet Past Reality Integration, een alternatieve therapievorm waar heel veel aanduiding voor zijn dat het pseudowetenschap is, om het nog maar netjes te zeggen. [Rudolf Ponds]
Ja, maar misschien wel het belangrijkste gevaar van het is sectarisch. Het wordt een gesloten geheel en als het gesloten raakt, dus als mensen echt adepten worden, ja dan zit je al onmiddellijk op een hellend vlak. [Richard Engelfriet]
En die geslotenheid zat voor jullie de belangrijkste trigger. [Rudolf Ponds]
Ja, absoluut. We hebben het in de stellingnaam van AB was heel duidelijk. Dit is duidelijk een voorbeeld van een groep mensen en een leider daarvan, zo kun je het wel noemen, die heel duidelijk niet participeert in het wetenschappelijke discours.
Ja, en dan voldoen je aan een grondregel niet. Want je mag best innoveren, je mag meestal nieuwe dingen introduceren en zo gebeurt het ook voortdurend worden en nieuwe dingen ontwikkeld, maar dat doe je altijd vanuit een kritische grondtoon, openheid en het debat opzoekend. En elke dag jezelf de vraag stellen, een beetje zo gezegd, is het wel goed genoeg en kan ik het wel een beetje waarmaken of heb ik het voldoende opengemaakt dat ook mijn collega’s, professionals, hier op mogen schieten en met mij in debat kunnen, want alleen dat scherpt, houdt het scherp.
[Pepijn van Erp]Heel goed. Pepijn van Eyck, bestuursleid van Skepsis. En hoe gaat dit dan concreet, want nu heb je daar als bestuur een heel duidelijke uitspraak over gedaan.
Worden alle psychologen nippen die zich nog steeds daarmee bezighouden, nu vanuit de vereniging wel voor zo’n college van toezicht geroepen?
[Rudolf Ponds]Nee, dat doen wij niet als, dat kan ook niet, dat zit ook helemaal niet in de structuur. We kunnen niet als bestuur een individuele lid ter verantwoording roepen, dat kan alleen eigenlijk bij een klacht. Dus de cliënt moet steeds die stap zetten.
Maar er is één uitzondering in het huishoudelijk reglement en daar wees deze columnist ons ook op, Karel Soedeen, die zegt er is wel degelijk een mogelijkheid. Nou die bleek erg theoretisch, want er was nog nooit gebruik van gemaakt in 85 jaar historie, dat op grond van een bepaalde maatschappelijke ontwikkeling of een gesignaleerd probleem, wat echt fundamenteel raakt aan de beroepscode van de psychologen, dat wij als bestuur aan de college van beroep, dat is eigenlijk het hoogste college, formeel kunnen vragen om een stelling te nemen of een uitspraak te doen over dit probleem.
[Richard Engelfriet]En over het probleem in algemene zinnen, dus niet over een individuele behandelaar. [Rudolf Ponds]
Nee, echt een breder algemeen probleem. En in dit geval hebben we dat zelfs niet eens gedaan, want we dachten ja deze casus is zo evident niet goed wat hier gebeurt, dat we zelfs die stap hebben overgeslagen. Maar dit is de formele procedure die er bestaat binnen NIP en voor het algemeen loopt het altijd via de klacht. [Richard Engelfriet]
En een andere mogelijkheid die we mogelijk als vereniging, ik weet niet of het kan hoor, maar dat je zegt dat gebeurt natuurlijk wel meer in de GGZ, we maken een soort lijst van dit zijn behandelmethodes die zitten wel in een soort groengebied. Dat PRI bijvoorbeeld, dat zit echt in het rode gebied en we hebben nog een soort grijs gebied van ja nou ja het zou kunnen, we weten het nog niet helemaal, maar het is ook nog niet helemaal afgeschreven. En daarmee maken we in ieder geval voor iedereen, geven we ook helderheid en duidelijkheid.
Is zo’n soort lijst of zeg je net, het gaat veel te ver?
[Rudolf Ponds]Wij maken dat niet als beroepsvereniging, maar we participeren natuurlijk in het veld als psychologen met het opstellen van protocolen, richtlijnen, standaardprotocolen. Daar zit eigenlijk de standaard van de wetenschap in. Daar kunnen we eigenlijk naar verwijzen.
Nou dan heb je natuurlijk aperte voorbeelden van niet goed, PRI is daar echt wel een goed voorbeeld van. En dan kom je inderdaad in het grijze gebied. Ja en er zullen ontwikkelingen zijn, er wordt heel veel onderzocht, bekeken, studies naar effectiviteit, dat is nog niet dezelfde als studies naar werkzaamheid, dus er gebeurt van alles.
Ja daar zal een deel vanzelf weer verdwijnen en een deel zal uiteindelijk ergens in die standaarden worden opgenomen, omdat de wetenschappelijke kwaliteit voldoende is. Maar dat doen we dus niet als vereniging, maar wel een belangrijke rol erin, maar dat doen we samen met andere professionals in de zorg, die komen naar die standaarden.
[Pepijn van Erp]Eén wat nog niet helemaal duidelijk is, dat PRI hebben ze in juni duidelijk weggezet als rood gebied niet doen, maar iemand die zegt psycholoog NIP is, die het nog steeds aanbiedt. Ben je dan nog steeds afhankelijk van een cliënt die daarover gaat klagen? Ja, heel strikt genomen wel. [Rudolf Ponds]
Want dat is wel een beetje, ik vergelijk het een beetje met de artsen. De artsen hebben ook een beetje hetzelfde probleem, dat er natuurlijk heel veel artsen zijn die naast, ja toch ook heel veel bijzondere methodieken hanteren. Nou bekend is natuurlijk, hoe heet het, homeopathische middelen.
Ja wat moet je daar nou van vinden? Ja kijk, ik zeg altijd, het wordt een probleem als de arts zegt, omdat ik lid ben van de koninklijke maatschappij en van de geneeskunde, adviseer ik u homeopathische middelen, dan heb je een probleem. Als je een arts zegt, die zegt nou ik werk gewoon als arts, ik doe de normale dingen die een arts zou doen, maar ik heb ook in de aanbieding homeopathische middelen, daar heb ik ook een bepaald idee bij, dat wil ik u uitleggen.
Ja, de patiënt gaat erin mee of niet in mee. Kijk, daar zit altijd het moeilijke punt. Ga je inderdaad je artsentitel of in dit geval je psycholoog NIP hard actief inzetten om eigenlijk apenkool te verkopen.
Dan wordt het een beetje moeizamer en daar hebben we natuurlijk niet zoveel weet van. Of mensen zeggen, u krijgt van mij chakratherapie en dat is onder de kwaliteitsstempel van het NIP, want dat is niet zo, dat laatste. Het feit dat je psycholoog NIP bent, is niet hetzelfde als, daarmee is de inhoud van mijn werk gegarandeerd.
[Richard Engelfriet]Maar tegelijk kan ik me voorstellen, jullie willen natuurlijk, jullie zijn een beroepsvereniging, je bent voorster, daar ben je trots op. En een van de luisteraars van onze podcast, die stuurde naar de mailtje, die zei ja, ik zou eigenlijk de tip geven, kijk vooral of iemand een big registratie heeft. Want ja, als dit betekent psycholoog NIP en ik kan met chakras aan de slag, dan laat maar.
Ik kan me ook voorstellen dat het een beetje pijn doet, dat je zegt wij staan juist voor die wetenschap als NIP en wij vinden dit ook vervelend. En ja, zo gaat het eigenlijk een beetje de verkeerde kant op.
[Rudolf Ponds]Dat klopt en ik heb zelf nog even gekeken naar dit soort therapeuten. Er zit ook een gz-psycholoog bij, dus met een big titel. Nou, er zijn eigenlijk twee ingangen voor een cliënt.
Of je gaat naar de, teruggaat onder de wet big, of je gaat naar NIP. In de kern is het niet zo heel verschillend. Wat er dan gebeurt met die klachten en hoe dat wordt beoordeeld.
En dat is altijd de beoordeling, is dit door de psycholoog, die is uitlegbaar? Komt er nu een verhaal op te poppen, waarvan je toch zegt als een beroepsvereniging, nou, het is niet onze eerste voorkeur, maar je hebt het toch uiteindelijk goed kunnen uitleggen en de cliënt in dit geval was aangesproken, er gebeurde wat. Ja, dat is steeds het.
En daar is geen harde lijn te trekken. Dat is…
[Pepijn van Erp]En er komt het wel eens voor dat mensen op grond van dat soort dingen klachten indienen. Want ik heb toevallig heel even een beetje gekeken naar die terugtrekt dingen. Het gaat meestal gaat natuurlijk klachten over dat ze onheusbejegend zijn of iets administratiefs wat niet goed is. [Rudolf Ponds]
Maar uitspraken gedaan waar dat niet kon, dat klopt. Nee, we zien eigenlijk heel weinig van dit soort meldingen. Ik heb het zelf ook al eens bekeken.
Dat komt nauwelijks voor. Ik hoor wel stiekem een gedachte bij. Kijk, als je zelf veel geld hebt geïnvesteerd in iets wat achteraf toch niet zo effectief was en niet heel makkelijk uit te leggen naar de buurman, klaag je ook niet zo snel.
[Richard Engelfriet]Nee, je zou wel kunnen zeggen, het is een goede manier om je geld terug te krijgen. [Rudolf Ponds]
Ja, ik weet niet of dat lukt, maar ja, ik weet het niet. [Richard Engelfriet]
Want een terugrechter kan dat toch besluiten, begrijp ik van je? Dat ik zeg, ik ben met die chakras en die balansstenen aan de slag geweest, maar ik heb nog steeds heel veel last van mijn trauma. Ik ben er nu ook achtergekomen dat die methode slecht is onderbouwd, terwijl ik in de beroep kode enzovoorts.
Ik heb 800 euro uitgegeven aan die psycholoog, beste terugrechter, ik wil mijn geld terug. Is dat een rare vraag?
[Rudolf Ponds]Nee, helemaal niet. Ik weet alleen niet of je letterlijk je geld kunt terugkrijgen, maar de psycholoog krijgt wel een waarschuwing of een briefsbrief aan zijn broek. En dat is niet mals.
Als je dat hebt, dat wordt het publiek. Dus dat wil je toch wel even als je kan vermijden. En de bedoeling is natuurlijk wel dat je daarvan leert.
[Richard Engelfriet]En uiteindelijk kan zo’n terugrechter ook nog bepalen als iemand zegt, ja, maar ik ga er toch in door, want ik vind die star remedy zo geweldig en die bloesem en die reiki, dat je zegt, ja, dat is prima, maar dan bent u geen psycholoog Nip meer. Dat kan. [Rudolf Ponds]
Dat zou kunnen, ja. Als dat herhaaldelijk zou kunnen blijken, dan kan dat het gevolg zijn, ja. [Richard Engelfriet]
En ook nog even, jullie hebben, neem ik aan, als Nip ook jaarcongressen, bijeenkomsten, jullie hebben ook een blad, een website, noem het allemaal maar op. Je zou ook nog kunnen zeggen, ik snap dat het allemaal, je kan het niet alles afdwingen, maar ik kan mij als voorzitter daar bijvoorbeeld nog meer over uitspreken, nog meer aandacht voor vragen, een aantal dingen expliciet benoemen. Ik noem maar bijvoorbeeld zo’n familieopstelling.
Dat is wel iets wat heel veel gebeurt, wat populair is op dit moment. Zo van, ja, we weten niet zomaar dat dat een methode is waarvan we zeggen, daar zijn we helemaal uit. Daar kunnen we ons actiever in gaan opstellen en ik kan ook gebruik maken van de autoriteit die ik heb als voorzitter.
[Rudolf Ponds]Ja, maar daar ben ik wel heel voorzichtig in. En de reden is natuurlijk wel simpel. Ja, ik heb wel de vriend van vandaag is morgen je vijand en waar je vandaag zwart-wit iets over roept, blijkt morgen dus.
Je moet daar voorzichtig en terughoudend in zijn. Alles is natuurlijk eigenlijk ingericht op een soort zelfcorrectie, zou ik bijna zeggen. Zelfcorrectie bij jezelf, een kritische grondhouding, maar ook de blootstelling eigenlijk aan je kritische collega’s die je op het rechte pad houden, zogezegd.
Dat is eigenlijk de basis van alles. Om als voorzitter voortdurend of als bestuur voortdurend naar buiten te brengen waar je wel en niet voor bent, is natuurlijk een beetje een een riscante operatie. Ik weet niet of dat ook verstandig is, of je daar…
Ja, PRI is de S.
[Richard Engelfriet]Nee, precies. [Rudolf Ponds]
Ik ging echt over de steen. [Richard Engelfriet]
Maar je zou in ieder geval kunnen zeggen… [Rudolf Ponds]
En dat zat hem vooral in die claim ook. [Richard Engelfriet]
Kijk, je hoeft niet te zeggen familieopstellingen zijn onzin, maar je kan wel erop wijzen, jongens. We hebben tot nu toe in de metastudies die er zijn, zien we dat het bewijs nog tamelijk slecht is. Dus wees terughoudend met familieopstellingen.
Dat soort termen kun je toch wel gebruiken, zou ik me kunnen voorstellen?
[Rudolf Ponds]Nee, zeker kan ik die gebruiken. Ik kan ook gewoon wijzen naar het artikel in ons eigen reglement. Als je je begeeft op het veld van innovatieve therapie en toepassingen, wees bij wijze van spreken nog kritischer als je eigenlijk al bent.
Het kan, het mag, maar je moet het buiten gewoon zorgvuldig doen. Het moet uitlegbaar zijn, het moet respectvol zijn, je moet de patiënt erover informeren. Als je dat allemaal doet en de cliënt zegt, ik voel me er toch door aangesproken, ik wil het toch doen.
Ja, dan heb je toch een zorgvuldigheidsbetracht. Het zal niet mijn keuze zijn, maar het is niet verboden ofzo.
[Richard Engelfriet]Pepijn, snap je het dilemma? Aan de ene kant, ja, Rudolf ergert zich hier ook aan, zijn handen jeuken ook. En aan de andere kant, ja, je bent wel voorzitter van een vereniging, dat is toch net wat anders dan bijvoorbeeld een rol die de stichting SKEPSIS heeft.
Die kan zeggen, wij gaan gewoon, ze heeft met gestrekt been erin.
[Pepijn van Erp]Ja, wij met gestrekt been, wij schrijven meestal redelijk, soms met een ironische ondertoon, over hoe die innovatieve methodes in elkaar steken. Ik vergelijk het wel een beetje met de Vereniging Qua Exhalverij, die zich daar iets meer druk over maakt om dan nog wat artszinnen daartoe, met het voorbeeld van homeopathie. En daar kan ik me dat iets meer bij voorstellen, dat het vergelijkbaar is.
Die maken zich bijvoorbeeld ook op druk op, dat, ja, je hebt zoiets als een big waar je kunt klagen, maar zo’n big, je inspectie, treedt ook bijna nooit zelfstandig op, echt bijna alleen als er een klacht is, pas als er bij een van de kwaksovers doden vallen, dan gaan ze echt zelfstandig ingrijpen. Dus dat is wel hier een beetje, denk ik, vergelijkbaar. En ja, zelf zou ik het denk ik plezierig vinden als er wat harder uitspraken ofzo komen, denk ik.
Maar ik snap het dilemma, snap ik.
[Rudolf Ponds]Nee, ik denk dat de rol van de bestuur van de NIP en ook van mij als voorzitter is voortdurend mijn leden en de psychologen er wijzen op. In principe ben je academisch en ben je kritisch naar jezelf. Is het goed genoeg wat ik vandaag heb gedaan en kan ik morgen even veel beter op basis van de wetenschap en de kennis die ik verzamel en lees.
Dat is het allerbelangrijkste wat ik wil blijven uitspreken. Je mag experimenteren, je mag innovatieve dingen inzetten, sterk nog, je moet het, anders dan staan we stil. Maar hou die kritische toon.
Dus ik zou bijna zeggen hoe enthousiaster je bent over iets, hoe kritischer je moet worden. En dat is best een moeilijke combinatie.
[Pepijn van Erp]Ik denk ook dat het is wat ik steeds wil uitdragen. Die houding moet je dus juist in de academische opleiding eigenmaken. [Rudolf Ponds]
En die wordt er ook eigengemaakt. [Pepijn van Erp]
Er zijn natuurlijk altijd een paar mensen bij wij dat niet helemaal aansluiten en die er toch doorheen. [Richard Engelfriet]
Een heel mooi bruggetje. Naar die opleidingen, want veel beroepsgroepen, huisartsen kennen dat, advocaten, notarissen, maar uiteraard ook psychologen, die kennen zo’n fenomeen van accreditatiepunt. Om een bepaalde titel te mogen voegen moet je accreditatiepunten doen.
Dan zijn er opleiders en die krijgen van jullie een soort vinkje, zal ik maar zeggen, van jullie mogen namens ons zo’n accreditatieopleiding doen, dat je ook vanuit het NIP dat het geaccrediteerd netjes wordt. En nou kwamen we daar ook een aantal opleidingen tegen die maken gebruik van de polyvagaal theorie. We hebben daar in een eerdere podcast van Skepsis ook aandacht aan besteed, in de podcast met Japke D.
Bouma. Dat is voor iedereen terug te luisteren, maar kort samengevat, de polyvagaal theorie kunnen we volgens mij echt wel afschrijven als pseudowetenschap. En toch kwamen we ook hier echt opleiders tegen die dat aanboden met psycholoog NIP en alles erbij.
En daarvan dacht ik, ja, dat kunnen jullie toch gewoon morgen veranderen, wegnemen en zeggen, dat gaat niet meer.
[Rudolf Ponds]Of denk ik toch weer te simpel? Nou, ik vind de vraag wel goed, maar het is ook weer iets te simpel, dat klopt. Kijk, wat betekent als het NIP accrediteert?
Natuurlijk voor de eigen verenigingsregister, want de accreditatie van cursussen voor big opgeleide psychologen vindt weer via een ander instituut plaats.
[Richard Engelfriet]Uiteraard, ja. [Rudolf Ponds]
Maar je hebt een punt. Kijk, wat accrediteren in dit geval betekent, en dan komen we weer bij die eigen verantwoordelijke rol van de psycholoog. Jij zoekt nascholing op, en je bent bijvoorbeeld geregistreerd in de kinder- en jeugdregister van het NIP, of je zit in het register arbeids- en organisatiepsychologie van het NIP, en je zoekt scholing op.
Is dat scholing, en het verzoek gaat dan naar het NIP, kan deze cursus, dit aanbod ook geaccrediteerd worden voor een van jullie registers. Dan hebben jullie, jullie mogen op het knopje drukken. Dan mogen wij op het knopje drukken ja of nee.
Je hebt accreditatiereglementen, daarin staan de voorwaarden voor een cursus. Wat we eigenlijk hier zeggen is, ja, ook hier zit je weer in een grijs gebied, maar wat is nu het allerbelangrijkste? Het allerbelangrijkste blijft dat iemand die in een register zit, dat kan een big register zijn, of een NIP-register, die moet bijscholen in het kader van herregistratie.
En dan zeg je ja, je zoekt dingen op, je gaat naar cursussen die jou verder voeden, en we hopen in een aanhoudende, kritische houding erbij. En in die zin is het geaccrediteerde scholing. Dat is niet hetzelfde als wij vinden het een topcursus, of een topinhoud, dan staan we helemaal achter.
Het is geen kwaliteitstempel van het NIP. Het zegt alleen, we faciliteren, we accrediteren die cursus, zodat jij in het kader van je herregistratie…
…in je scholen, hopelijk aanhoudend kritisch.
Maar misschien dan toch, een klein beetje flauw, maar als ik me toch als opleider ga aanbieden en ik zeg ik heb een chakra- en aura-toestand met balansstenen en dan kunnen mensen drie-daagse cursus enzovoort. Ik ga dat toch vanuit dat je zegt, Engelfriet…
Maar die komt niet door de accreditatie.
[Rudolf Ponds]Nee, absoluut niet. [Richard Engelfriet]
Die komt er niet doorheen. En op grond waarvan komt dan zo’n polyvagaal verhaal, want daar heb ik het nu specifiek over, waarom komt dat er wel doorheen? Want er lijkt me toch alle evidentie dat dat niet voldoet aan de wetenschappelijke standaard.
Nee, ik heb dat zelf in voorbeeld ook in een of andere zin verdiept. Ik denk dat het wel geen lang leven meer beschoren is, daar ben ik het wel mee eens. Maar er is één ding van die polyvagaal…
Het voldoet wel aan, in zekere zin, aan het wetenschappelijke discours. Er wordt wel debat gezocht. Ik denk niet, ze gaan het niet redden.
Daar ben ik wel van overtuigd. Maar er is wel een zekere openheid in ieder geval geweest over een discussie. En dat vind ik zelf echt wel een heel belangrijk punt.
Als dat er is, dan moet je over goede huizen komen en zeggen… Nou, dat vind ik dan toch… En daarom noem ik die opeens van Taliban wel eens.
Dat is niet aan mij om zomaar daar persoonlijk, bij wijze van spreken, iets van te vinden. Dat bevalt me gewoon niet. Maar goed, ik denk, dit gaat wel richting een einde.
Dit gaat richting een einde, omdat we wel zien… Je staat niet over tien jaar in de standaard.
[Rudolf Ponds]Nee, precies, oké. Daar ben ik wel van overtuigd. Precies, daar ligt… [Richard Engelfriet]
En ik hoop ook iemand die misschien een cursus volgt, zegt… Ik heb daar wel voor betaald. Ik heb zelfs mijn accreditatiepunten.
Maar ik geloof niet dat ik het in mijn praktijk ga toepassen. Nee, want ik kan me ook voor… Kijk, niet iedereen gaat natuurlijk constant alles lopen uitzoeken.
Of Google Scholar is te onderbouwen. Je gaat er ook vanuit… Hé, dat is geaccrediteerd.
Het zal dan wel goed zijn. En wat bijvoorbeeld bij die polyvagelden ook terend is. Dr. Stephen Porges en een wetenschapper. Het zal allemaal wel verantwoordelijk zijn. Nee, dat klopt. Inderdaad, ik denk…
Maar nogmaals, accreditatiepunten geven we… Omdat er een psycholoog, Nip, zich bijschoolt. Maar het is niet de kwaliteitsstempel van het Nip.
Wij keuren de methode goed. Wij keuren de scholing goed. Niet de methode per se.
Daar zit toch wel een verschil tussen. Dat vind ik wel een heel onderscheid. Wat volgens mij ook niet helemaal duidelijk wordt.
Want ik zou inderdaad bij accreditatie denken… Oké, dit is inderdaad goed gekeurd.
[Rudolf Ponds]Ik snap heel goed dat misverstand. [Pepijn van Erp]
Maar ik zou ook zelf voor kunnen stellen… Dat je zo’n onderwerp verhaalt. Dat je mensen daar ook kunt inscholen.
Omdat er ook vooral veel vervragen is. Maar dan zou je zeggen dat je wel kritisch kijkt… Naar hoe die scholing dan precies in elkaar zit.
Niet alleen maar mensen die er helemaal pro zijn. En daar goed geld mee verdienen. Omdat ze al die cursussen geven.
Er zitten daar ook academici bij. Die de onderzoek hebben gedaan. En die er kritisch op zijn.
Dan heb je een beetje meer een balans in die scholing. Ja, dat snap ik. Maar ja, je weet hoe we gaan met scholing.
Daar heb je ook verschillende levels van. En dat klopt. Want ook daar kan gelden dat de scholing is…
In iets wat wetenschappelijk helemaal keurig is onderbouwd. Maar dat de scholing aan zich heel slecht is. Of dat degene die het gevolg heeft toch hartstikke verkeerd uitvoert.
Er zitten allerlei lekkages altijd weer in. Maar ik denk het… Goede scholing, zou ik zeggen…
Ook in nieuwe therapievormen. Je veronderstelt, je neemt aan, je hoopt… Dat iemand die je dat onderwijst…
Ook de kritische kant van de ontwikkelkant benadrukt. Zo ken ik het ook wel in de praktijk meestal. Tot slot, Rudolf.
Er zijn natuurlijk ongetwijfeld ook sceptici die nu nog steeds aan het luisteren zijn. Waar nu echt de stoom uit de oren komt. Die zeggen, dit is schandalig.
Er moet toch echt veel meer gebeuren. Er moet hard worden aangepakt. Dat soort termen.
Er zijn natuurlijk ook mensen die dat denken. Wat zou je tot slot tegen hen willen zeggen? De luisteraars die zeggen, dit is allemaal nog veel te slap.
Er moet veel strenger worden ingegrepen. Hardere maatregelen. Noem het allemaal maar op.
Ja, ik zeg wel schekschierend. Nou ja, klienten zijn gewoon net mensen. Dus je doet gewoon hele mensen dingen.
Die hebben verwachtingen, hoop. Die zijn teleurgesteld. Die zoeken naar oplossingen.
En dat geldt ook voor hulpverleners soms. Ook die nemen soms ruimere marges. Of zoeken in ieder geval ruimere marges.
Om te zien hoe ze toch op een of andere manier contact kunnen krijgen met cliënten. En dat kan vanuit de beste motieven zijn. En zolang de grond dan maar blijft.
Ik doe het wel. Maar blijft het ook een beetje kloppen? Hou ik het discours open?
Vraag ik collega’s, wat vinden jullie ervan? Ik heb nog best veel goede ervaringen als ik dit of dat doe. Of ik leg een warme steen op de rug, ik noem eens wat.
Ja, kan het een goede antwoord zijn? Het zou best kunnen. Ik weet het niet.
Als die kritische attitude maar blijft. Dat is eigenlijk alles op gebaseerd. Dus die beroepscode, integriteit, volledigheid, testkundigheid.
Dat is waar het steeds om draait. En als je als buitenwereld merkt dat er een groep psychologen van een bepaalde stromer of een individuele psycholoog echt van het padje raakt op dat punt. Echt niet meer integer is, echt een soort verkooppraatjes houdt.
Ja, pak hem aan zou ik zeggen. Dat kan echt niet. Dat is echt in strijd met onze beroepscode.
Precies. En tot slot, hoe kun je dat binnen de vereniging wellicht ook nog meer stimuleren? Zijn er ook bijvoorbeeld werkgroepen of overleg of discussieforums, weet je, waar je juist dat stimuleert?
Jazeker. Ja, ja, zeker. We hebben natuurlijk allemaal secties.
De groep is enorm groot, het werk veel, maar wel degelijk wordt die discussie natuurlijk gevoerd. Ja, precies. En soms leidt het zelfs tot opheffen van iets.
Een aantal jaar geleden hebben we de sectie neurofeedback opgeheven. En dat hebben we heel zorgvuldig gedaan. Maar ik denk dat is echt exact het verhaal van nou, we hebben het podium geboden, zogezegd.
Er is een discussie gevoerd. En ineens is het pleint beslecht. Ja, dit is het toch niet?
We stoppen ermee. Precies, precies. Dus ook daar zijn ontwikkelingen ook in de goede richting.
Pepijn, hoe heb jij dit gesprek ervaren? Ben je tevreden of knaagt het nog een beetje? Nou, op zich, ik vind het in ieder geval heel plezierig dat we daar gewoon zo open over kunnen praten.
[Pepijn van Erp]Ik ga natuurlijk een beetje af van mensen die signalie krijgen via mail en zo. Mensen die daar ze zorgen over maken. Dan hoop ik dat het gesprek in ieder geval een beetje duidelijker heeft gemaakt van hoe het nou precies werkt en hoe het NIP daar tegenaan kijkt.
Van mij is het in ieder geval iets duidelijker geworden wel.
[Richard Engelfriet]En ik begrijp dus ook, het is misschien een beetje flauw, maar een aanvalsroute kan dus ook nog zijn dat je gewoon zelf bij zo’n behandelaar een therapie aangaat en dan vervolgens naar de terugrechter staat. Of zo [Pepijn van Erp]
undercover om iemand een pootje te haken. Ja, ik weet het niet. [Richard Engelfriet]
Of gaat dat wel heel ver? [Pepijn van Erp]
Nou, dat blijft een beetje gek.
Dat als je echt het idee hebt dat er ergens bij iemand iets mis is, dat je het eigenlijk alleen als cliënt, die er dus al slachtoffer is, pas kunt klagen. Dat er weinige mogelijkheden zijn. Het is ook ingewikkeld, snap ik, om iemand zo aan de kaak te stellen.
Van hé, dit klopt niet. Ook al is er niet direct zichtbare schade bij iemand aangericht. Precies.
[Rudolf Ponds]Nou, ik begrijp dat heel goed. Want dit veronderstelt ook een hele mondige cliënt. En dat is natuurlijk best wel eens wat vraagtekens bij te zetten.
Maar nogmaals, een voorbeeld van neurofeedback, de PRI, laat duidelijk zijn dat we natuurlijk niet alleen maar afwachten, als het moet, maar ook wel heel zorgvuldig zijn in het al te snel naar voren stappen van dit keuren we af. Dat is echt wel een moeilijk punt om dat in zijn algemeenheid te doen. En daar zijn we heel zorgvuldig in.
En we hopen dat de huidige klachtenprocedures onze collega’s voldoende scherp houden. Maar nogmaals, wat ik al zei, aan de nip is het vooral de taak onverdurend aan onze leden, en ook niet-leden, te zeggen let op, je hebt een academisch vak. Dat moet een kritische grondgrond hebben.
Je mag innoveren. Maar de richtlijn is evidence-based en practice-based. Mag, moet zelfs, nogmaals, het vak moet doorontwikkelen.
Maar hou die kritische grondhouding. Dat is bazaal. En als je die verliest en je krijgt een klacht aan je broek, dan zeg ik altijd, ja, dan heb je echt ook een foutje gemaakt.
Dat had je kunnen weten. Dat had je echt kunnen weten.
[Richard Engelfriet]Heel fijn dat jij vandaag bij ons te gast wilde zijn.
En ik zou zeggen, de uitnodiging omgekeerd staat ook. Laat Skepsis ook vooral bij jullie te gast zijn. Als je zegt, nou, voor deze discussie, hoe zit dat?
Kom eens even met een kritisch tegengeluid. Dat doen we uiteraard altijd heel graag. Heel veel dank, Rudolf Ponds, voorzitter van het NIP, voor jouw sportiviteit en voor dit fijne gesprek.
En lieve mensen, dank allemaal voor het luisteren naar deze Skepsis Podcast Special. Als u een bepaalde claim wilt laten testen, of een eigen worsteling heeft als skepticus, laat het ons dan weten. En daarnaast is alle feedback uiteraard welkom.
Wij horen graag wat u vindt van deze aanpak. En u kunt uiteraard ook andere thema’s aandragen voor andere specials. U bereikt ons via podcast.skepsis.nl. Mijn naam is Richard Engelfried, te gast waren Rudolf Ponds en Pepijn van Erp. Samen maakten wij de Skepsis Podcast. En over één ding zijn we niet skeptisch, en dat is het verschijnen van de volgende Skepsis Podcast. Daarom graag tot een volgende keer.
[Lieftallige dame]U luisterde zojuist naar de Skepsis Podcast. Wilt u de activiteiten van Stichting Skepsis ondersteunen? Dan kunt u bijvoorbeeld een abonnement nemen op ons blad Skepser, of donateur worden.
Kijk voor de mogelijkheden op onze website, skepsis.nl. En vergeet niet deze podcast te delen met uw vrienden en kennissen.