Aromatherapie niet voor de poes?
door Liesbeth Jongkind – Skepter 31.1 (2018)
IN de Verenigde Staten is gewaarschuwd voor aromatherapie bij katten nadat begin dit jaar iemand op Facebook meldde dat zij per ongeluk haar kat had vergiftigd met eucalyptusolie. Haar bericht werd 700.000 keer gedeeld. In Nederland maken dierenartsen zich niet druk over aromatherapie. Is er geen probleem, of steken ze hun kop in het zand?
Vorig jaar zomer hoorde ik voor het eerst van aromatherapie voor huisdieren. Een vriendin had een dierbare, oude, chronisch zieke en steeds krakkemikkiger wordende kat. Misschien had hij nog best even meegekund, maar dat zullen we nooit weten want ze schakelde een aromatherapeut in. Wie weet kon die hem nog een beetje oppeppen, dacht ze. Ik had niet het idee dat dat kwaad kon — ik had nog nooit iets over aromatherapie gelezen dus het zou wel niet gevaarlijk zijn, want lezen over gevaarlijke dingen is een wat merkwaardige hobby van me.
Een paar dagen later deed ze mij, nog steeds zeer aangeslagen, verslag van de doodsstrijd van haar kat. Het arme beest had, voor hij ten slotte uitgeput stierf, urenlang kokhalzend heen en weer geschoten door de slaapkamer. Aarzelend verwoordde ze haar diepste angst: of ik dacht dat die gruwelijke laatste uren misschien aan de aromatherapie gelegen konden hebben. Pas toen vroeg ik haar wat dat eigenlijk was, aromatherapie.
Het antwoord klonk simpel, maar was toch verontrustender dan ik had gedacht. De aromatherapeut had haar zieke kat niet alleen aan twee flesjes aromatische olie laten ruiken (cederhoutolie en salieolie van het merk Young Living), wat ik wel verwacht had, maar hij had ook wat salieolie op het kattenruggetje gedruppeld en uitgesmeerd en toen ook nog wat olie op de binnenkant van het dekentje gedaan waarin de kat sliep. Een paar uur later was het kokhalzen begonnen. Zouden die paar oliedruppels dodelijk geweest kunnen zijn? Wat zat er eigenlijk in dat soort olie? We gingen eerst maar eens op internet zoeken.
Er ging een wereld voor me open — een wereld vol onvolledige en tegenstrijdige informatie. Een wereld vol getuigenissen van mensen die hun katten al jaren zonder problemen met aromatherapie behandelden, en van andere mensen die ertegen waarschuwden. Van aromatherapeuten die schreven dat essentiële olie absoluut geen kwaad kon voor katten, en van andere aromatherapeuten die zeiden dat je er beter niet aan kon beginnen. Van lijstjes met voor katten gevaarlijke oliën waarop salie of cederhout stonden, en van lijstjes waarop ze niet stonden. Zelfs als je je beperkte tot de wetenschappelijke publicaties waren er eigenlijk maar weinig artikelen over katten die door aromatische olie ziek waren geworden en soms dood waren gegaan, en bijvoorbeeld ook een artikel over het zonder problemen testen van antischimmel shampoo met aromatische olie voor katten met huidschimmel.
Was er eigenlijk wel een probleem en zo ja, hoe groot was het dan? De Amerikaanse dierenbeschermingsorganisatie, de ASPCA, had in tien jaar tijd 337 honden en 106 katten geturfd die ziek geworden waren door blootstelling aan onverdunde theeboomolie. Maar is dat veel? En is het te veel? Hoeveel kans heeft de gemiddelde kat om ziek te worden of dood te gaan als je hem blootstelt aan aromatherapie? En is die kans groter als de kat al ziek is? Hoeveel is nog veilig?
Aromatherapie
HET medisch gebruik van geurige plantaardige extracten is al duizenden jaren oud, maar het woord ‘aromatherapie’ is pas begin vorige eeuw verzonnen door de Franse scheikundige en parfummaker René-Maurice Gattefossé. tegenwoordig is aromatherapie een vorm van kruidengeneeskunde die steeds populairder lijkt te worden, maar cijfers daarover zijn er eigenlijk niet.
Een aromatherapeut behandelt mensen of dieren met ‘essentiële olie’. Dat ‘essentieel’ heeft niets met onmisbaarheid te maken, maar komt van ‘essence’: een uit planten gewonnen mengsel van vluchtige stoffen met een sterke geur. Denk aan tijm, lavendel, eucalyptus, pepermunt. Vluchtige olie, aromatische olie, etherische olie en essentiële olie, het is allemaal hetzelfde. Er zijn zo’n honderdvijftig plantensoorten die belangrijk zijn voor commerciële productie van essentiële oliën. In 2009 was de wereldwijde productie meer dan 120.000 ton. De oliën worden veel toegepast in de smaak- en geurstoffenindustrie en toegevoegd aan parfum, cosmetica en voedingsmiddelen. ‘Aromatherapeut’ is geen beschermd beroep, iedereen kan zich zo noemen. Sommige aromatherapeuten hebben een parttime-opleiding van enkele jaren gevolgd, andere hebben alleen een ‘starterskit’ met olieflesjes gekocht. Iedereen kan essence kopen en zonder hulp of advies van een aromatherapeut gaan doehet-zelven. Er zijn mensen die essentiële olie in hun oor doen, of in hun vagina, of in hun eten.
Helpen essentiële oliën ergens tegen? Ik heb dat niet uitputtend onderzocht, maar ik heb sterk de indruk dat de claims over de medische werking niet overtuigend wetenschappelijk bewezen zijn. De Cochrane-bibliotheek, waar wetenschappelijk onderzoek zo streng mogelijk tegen het licht gehouden wordt, telt dertien beoordelingen van aromatherapie — vooral tegen barensweeën, slapeloosheid, depressie, misselijkheid na een operatie, artrose — en het oordeel is onveranderd dat de studies zwak zijn uitgevoerd en dat er geen conclusies aan kunnen worden verbonden. Van diverse oliën is wel aangetoond dat ze bacteriën doden of insecten verjagen, van andere dat ze stress tegengaan. In Nederland vergoeden veel aanvullende zorgverzekeringen aromatherapie wel, mits die is toegepast door iemand die lid is van een erkende beroepsvereniging. Maar dat zegt niets over de werkzaamheid. Er zijn geen cijfers over het gebruik, doordat aromatherapie onder alternatieve geneeswijzen valt en niet apart door de verzekeraars geregistreerd wordt.
In de Verenigde Staten hoeven middelen op basis van aromatherapie niet goedgekeurd te worden door de FDA. Het Centrum tot Bevordering van de Import uit Ontwikkelingslanden, onderdeel van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat, adviseert bedrijven die essentiële oliën naar Europa willen exporteren — ‘Aromatherapie is een interessant marktsegment’, begint de factsheet van het Centrum enthousiast — om geen medische claims te doen, want dan hoef je ze ook niet te bewijzen. Zo’n claim is nergens voor nodig ook, schrijft het Centrum, want consumenten weten allang waarvoor ze de olie kunnen gebruiken en anders googelen ze het wel.
Leverenzym
Dat waren vragen waarop het internet geen antwoord had. De theorie is helder genoeg: katten maken geen glucuronyltransferase aan. Dit leverenzym is bij de meeste zoogdieren verantwoordelijk voor de afbraak van giftige stoffen zoals geneesmiddelen, en dus ook van de terpenen waaruit essentiële oliën grotendeels bestaan. Als het baasje essentiële olie verdampt en de kat likt een gemorste druppel op, drinkt uit het verdampingsbakje of ademt oliedamp in, dan kan die kat ziek worden: door ademhalingsproblemen, door chemische verbranding van de tong of het maagdarmkanaal, of zelfs door leverschade of zenuwschade.
Maar of dat werkelijk gebeurt, lijkt afhankelijk van de leeftijd en de gezondheid van de kat en de hoeveelheid, de concentratie en de soort olie. En of de baas verband ziet tussen de olie en de zieke kat is nog maar de vraag, en een dierenarts denkt daar waarschijnlijk al helemaal niet aan.
Dat wil zeggen: tot de Amerikaanse Sue Murray in januari een schuldbewust bericht op Facebook plaatste. Ze vertelde hoe haar zestienjarige kat Ernie kwijlend door het huis begon te zwalken nadat ze met kerst een paar dagen eucalyptusolie had verdampt tegen haar eigen verkoudheid.
Waarschuwing
Haar bericht werd massaal gedeeld. De ASPCA kreeg ongeruste telefoontjes en zette een waarschuwing op zijn website. Ook de Amerikaanse Pet Poison Help line reageerde op de berichten. Maar niemand geeft cijfers van het aantal katteneigenaren dat aan aromatherapie doet, of van het aantal katten dat dat heeft moeten bezuren. Want die cijfers zijn er niet. Is er wel sprake van een breed probleem? Of had Ernie een zwak gestel en was een beetje damp voor hem een overdosis?
En er zijn ook tegengeluiden op internet te horen. Maar die lijken voornamelijk te komen van de verkopers van twee merken essentiële olie: do-Terra en Young Living, die zeer actief zijn op de sociale media en in discussies beweren dat katten uitstekend tegen essentiële olie kunnen, als die maar van het juiste merk is, namelijk het hunne. Mogelijk hangt dat samen met hun verdienmodel. Deze firma’s werken volgens het systeem van multi-levelmarketing, een legale piramidespelachtige constructie waarbij olieverkopers extra geld verdienen door nieuwe verkopers te werven. ‘Verdien eenmalig een cashbonus van $ 25 als je nieuwe, persoonlijk ingeschreven Distributeur een Premium Starter Kit bestelt!’ meldt Young Living. Veiligheid voor mens of dier lijkt daarbij geen prioriteit en het aanbevelen van nauwelijks of niet verdunde essentiële olie is eerder regel dan uitzondering.
Zo gezellig
In Nederland kunnen zij voorlopig hun gang gaan. Als hier al katten vergiftigd worden, heeft nog bijna niemand dat in de gaten. Aromatherapie klinkt zo gezellig dat het niet echt schadelijk kan zijn, toch? Wie houdt er nou niet van een lekker geurtje? Bovendien vergt het wat moed om onder ogen te zien dat je misschien je liefste kameraadje wat versneld naar de eeuwige jachtvelden hebt geholpen. Het Landelijk Informatiecentrum Gezelschapsdieren heeft de afgelopen tien jaar slechts eenmaal een melding binnen gekregen van een baasje dat dacht dat de vergiftigingsverschijnselen van zijn kat met aromatherapie te maken hadden. De dierenartsen die ik erover sprak, zeiden dat ze het nog nooit in hun praktijk waren tegengekomen. De dierenbescherming had er geen informatie over en vroeg of ik ze op de hoogte wilde houden. De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit vroeg: ‘Waarom belt u óns eigenlijk?’
Nou, als het probleem werkelijk niet bestaat in Nederland, laten we dat dan vooral zo houden. Kattenbaasjes, lever je essentiële oliën in bij het chemisch afval of houd je in ieder geval aan het advies van Johanna Fink-Gremmels, emeritus hoogleraar diergeneeskundige toxicologie, die mij mailde: ‘Geef geneesmiddelen op basis van aromatherapie nooit dagelijks aan katten, maar bijvoorbeeld twee keer per week. Dit zal in de meeste gevallen prima getolereerd worden.’
In de meeste gevallen?
‘Bij dagelijks toedienen kunnen de plantaardige stoffen zich tijdelijk in het lichaam ophopen, dit is voornamelijk schadelijk voor de lever. Als een kat al ziek is, neemt het risico van ophoping van deze stoffen toe, want bij de kat gaan ontstekingsprocessen vaak met een slechtere leverfunctie gepaard.’
Niet voor de zieke poes, dus.
Essentiële olie voor dummy’s
ER zijn wel gevallen bekend van mensen die leverschade, chemische brandwonden of allergische reacties hebben opgelopen door het gebruik van essentiële oliën, maar bij volwassenen en bij verstandig (dat wil zeggen: voldoende verdund) gebruik zijn er weinig problemen te verwachten. Het vermoeden bestaat dat het onverstandig gebruik aan het toenemen is, al zijn daar geen cijfers over.
Je kunt de olie op een zakdoek of kussen druppelen, je kunt olie verdampen, bijvoorbeeld door er wat van op een schoteltje te doen en dat op een waxinelichtje te verwarmen. Je kunt ook een ‘diffuser’ kopen die hetzelfde doet maar dan met een elektrisch verwarmingselementje. Of zelfs een ‘active diffuser’, die een nevel van kleine oliedruppeltjes in je kamer verstuift. Je kunt olie op je huid druppelen, smeren of masseren. Je kunt olie innemen vermengd met eten of drinken. Je kunt capsules slikken waar de olie in zit. En er zijn zelfs mensen die zetpillen met olie rectaal inbrengen en vrouwen die olie op een tampon druppelen en die vaginaal inbrengen.
Het Atlantic Institute of Aromatherapy in Florida, een privéschool voor aromatherapeuten, publiceert sinds 2014 bijwerkingen van het gebruik van essentiële oliën op de website Aromatherapyunited.org. Op de lijst staan inmiddels 213 getuigenissen: verhalen over maagklachten, tweedegraads brandwonden, urenlange pijn, dagenlange jeuk, wekenlange huiduitslag of een levenslange lavendel-allergie, en over bezoek aan de eerste hulp met hartklachten, ademhalingsproblemen of stuipen. Een vrouw met vaginale schimmel kreeg van haar aromatherapeut het advies om ’s nachts een tampon doordrenkt met theeboomolie in te brengen. Ze werd de volgende ochtend wakker ‘met het gevoel alsof er napalm in mijn vagina was gegoten’. Het duurde twee maanden voor haar inwendige chemische brandwonden genezen waren. De littekens waren blijvend.
Komen bijwerkingen vaak voor? Ook bij juist gebruik? En vaker dan twintig jaar geleden? We weten het domweg niet. We weten dat het aantal mensen dat bij een allergietest positief (dus allergisch) scoort op een essentiële olie toeneemt. Maar dat komt waarschijnlijk doordat er steeds vaker op getest wordt. Want een aanzienlijk deel van die mensen heeft nog nooit aan aromatherapie gedaan. Anton de Groot, voormalig dermatoloog en schrijver van het standaardwerk Essential oils: contact allergy and chemical composition uit 2016 zegt erover: ‘We weten van 79 essentiële oliën dat ze wel eens contactallergie of dermatitis veroorzaakt hebben. Verrassend genoeg is dit in de praktijk geen groot probleem. Essentiële olie is eigenlijk nog het minst veilig voor de aromatherapeuten zelf. Die lopen het risico op een contactdermatitis als beroepsziekte.’
Literatuur
Khan SA, McLean MK, Slater MR. Concentrated tea tree oil toxicosis in dogs and cats: 443 cases (2002-2012). J Am Vet Med Assoc. 2014;244:95–99.
Robert Tisserand: Cats and essential oil safety
NAHA: Animal Aromatherapy and Essential Oil Safety (pdf)
Aromatherapy Trade Council: Cats And Essential Oils Safety
PDQ Cancer Information Summaries: Aromatherapy and Essential Oils