In zijn nieuwe boek “Hoax: waarom mensen in complottheorieën geloven” onderzoekt gedragswetenschapper Jan Willem van Prooijen hoe crisissituaties, groot of klein, complotdenken stimuleren. Hij beschrijft complotdenken als een vorm van ‘wij-zij-denken’, geworteld in een eeuwenoud stammeninstinct. Van Prooijen beweert dat iedereen vatbaar is voor complotdenken, waarbij hij overtuigend een evolutionair psychologisch perspectief biedt.
Hij onderscheidt kritisch denken van simpelweg kritiek leveren en legt uit dat kritisch denken betekent dat je problemen grondig analyseert om tot een goede oplossing te komen. Over de rol van internet en sociale media nuanceert hij de invloed van algoritmen en benadrukt hij de rol van echokamers waar mensen elkaar eenzijdige informatie geven, vergelijkbaar met stammen.
Pepijn van Erp las het boek en geeft hier een uitgebreide recensie!