Tot de dood erop volgt
Denying to the Grave (boekbespreking)
door Ionica Smeets – Skepter 30.2 (2017)
HOE kan het toch dat een hoogopgeleide historicus denkt dat vaccins gevaarlijk zijn en besluit zijn kinderen niet in te laten enten? Waarom vallen tamelijk verstandige mensen voor charismatische kwakzalvers en complottheorieën? En waarom schrijven artsen regelmatig antibiotica voor bij griepvirussen waartegen dit medicijn helemaal niet werkt?
Denying to the grave laat zien welke psychologische mechanismen ervoor zorgen dat verder alleszins weldenkende mensen feiten en wetenschappelijk bewijs negeren. Het omslag belooft dat het boek de weg wijst naar een nieuwe manier om wetenschappelijke kennis naar het algemeen publiek te communiceren.
Auteur Sara Gorman is een specialist op het gebied van volksgezondheid. Haar vader Jack Gorman is psychiater met een lange loopbaan in wetenschap en gezondheidszorg. In dit boek zoeken ze samen naar een verklaring voor de anti-wetenschappelijke houding van veel mensen. De titel, Denying to the grave, heeft een dubbele betekenis. Het ontkennen van feiten kan domweg levens kosten. Tegelijk verwijst de titel ook naar de verbetenheid waarmee mensen hun ideeën liever mee het graf in nemen, dan toe te geven dat ze fout zaten.
Het boek bevat veel voorbeelden van gesprekken, waarbij duidelijk wordt hoe moeilijk het is om mensen te overtuigen van hun ongelijk. Zo is er een discussie over wapenbezit op Facebook (een onderwerp dat in de Verenigde Staten een stuk relevanter is dan bij ons). Jack Gorman reageert op een enthousiast bericht dat een pistool in huis je gezin beschermt tegen indringers. Gorman legt uit dat de data duidelijk laten zien dat de kans dat zo’n pistool een gezinslid doodt vele malen groter is dan de kans dat je er ooit een indringer mee zult neerschieten. Hij krijgt weinig enthousiaste reacties. ‘Je bent een idioot’ is nog de vriendelijkste. Gorman blijft tevergeefs antwoorden met cijfers en verwijzingen naar wetenschappelijke artikelen. Achteraf concludeert hij dat er helemaal niemand zei: ‘Ik ga eens nadenken over de feiten die je naar voren bracht.’ Gorman wijt dit aan confirmation bias: als mensen eenmaal een bepaalde overtuiging hebben, dan negeren ze daarna alle informatie die ermee in tegenspraak is.
De auteurs laten zeer goed zien dat we allemaal gevoelig zijn voor deze bias. Zelfs een geharde scepticus als Michael Shermer, de oprichter van The Skeptics Society, geeft toe dat hij lang de cijfers over wapens negeerde, omdat ze niet pasten bij zijn vrijheidsgezinde principes. Ook hij negeerde de relevante data, terwijl hij bij andere onderwerpen alles tot de bodem uitzocht. Het is dus niet zo gek dat veel mensen moeilijk van hun overtuigingen af te brengen zijn.
Gorman en Gorman beschrijven dat de discussie nog lastiger is doordat de eerste informatie die mensen krijgen vaak anti-wetenschappelijk is. Zoek informatie over vaccinaties en je belandt het eerst op een anti-vaccinatie site. (Tik maar eens ‘vaccinatie veilig’ in een zoekmachine en huil.) Zo’n emotioneel geladen eerste indruk is daarna moeilijk te veranderen.
Proactief
Al met al is dit boek weinig hoopgevend, want er wordt vooral duidelijk wat er allemaal níet werkt om mensen te overtuigen.
Een van de beste aanbevelingen is dat wetenschappers en experts hun informatie eerder naar buiten moeten brengen. Niet alleen maar reageren op onjuiste verhalen in de media, maar vooraf bedenken welke ophef er zou kunnen komen. En dan zorgen dat het publiek de correcte informatie als eerste krijgt. In het Verenigd Koninkrijk is er overigens al het Science Media Centre dat journalisten aan correcte informatie helpt zodra omstreden onderwerpen in het nieuws dreigen te komen. Een andere fijne aanbeveling, zeker als je zoals ondergetekende hoogleraar wetenschapscommunicatie bent, is dat er vooral meer onderzoek nodig is naar wat er wél werkt.
Helaas is Denying to the grave wat rommelig van opzet, met veel herhaling. Bovendien is het storend dat de auteurs uitgebreid uitleggen hoe de wetenschappelijke methode werkt en wat een gerandomiseerd onderzoek is. Als je een boek schrijft voor mensen die willen weten hoe ze anderen van wetenschappelijke kennis kunnen overtuigen, dan mag je ervan uitgaan dat zij zelf die basiskennis al hebben. Verder wordt er nogal gestrooid met verwijzingen naar hersenonderzoek, alsof het makkelijker zou zijn om iemand te overtuigen als je weet of de informatie verwerkt wordt in zijn prefrontale cortex of in zijn amygdala.
Open deuren
De auteurs geven aan het eind van hun boek de beloofde reeks aanbevelingen over het communiceren met mensen die twijfelen aan wetenschappelijke feiten. Helaas zijn de principes die ze noemen weinig verrassend voor iedereen die al eens iets heeft gelezen over wetenschapscommunicatie — het gaat niet om een simpel gebrek aan informatie, mensen zijn niet altijd rationeel, emoties maken meer indruk dan statistieken en zo nog een rijtje open deuren. Ook de oplossingen zijn weinig vernieuwend. Zo moeten wetenschappers meer gevoel krijgen voor de problemen bij het communiceren van oorzaak en gevolg, moeten journalisten beter opgeleid worden en moet het onderwijs meer aandacht besteden aan kritisch denken. Dit wordt allemaal al jaren geroepen door experts op dit gebied. Potsierlijk genoeg noemen de auteurs hun lijstje met tips de ‘methode-Gorman-Gorman’.
Denying to the grave gaat over een urgent thema, stipt veel interessante dingen aan, maar slaagt er niet in de belofte op het omslag in te lossen.
Sara E. Gorman en Jack M. Gorman: Denying to the grave: why we ignore the facts that will save us. Oxford: Oxford University Press 2017; 328 pagina’s, € 25,99.