Chelatie-arts Van der Schaar veroordeeld door tuchtrechter

door Jan Willem Nienhuys (07/06/2011)

Nummer acht van de twintig notoirste Nederlandse genezers van de twintigste eeuw is door het Regionale Tuchtcollege veroordeeld tot een schorsing voor een jaar, waarvan de helft voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar. De veroordeling werd heden bekendgemaakt, net op zijn 83ste verjaardag.

Een man uit mijn woonplaats Waalre had zich met chelatietherapie laten behandelen door Peter J. van der Schaar, zonder te weten dat dit een alternatieve therapie was, en dan nog wel een gevaarlijke. Na 59 urenlange infusen en meer dan 10.000 euro. waarvan bijna de helft voor allerlei supplementen tegen afzettersprijzen, moest hij met spoed naar het ziekenhuis gebracht worden. Met hulp van de Vereniging tegen de Kwakzalverij bracht hij Van der Schaar voor de tuchtrechter, die nu gesproken heeft (er is nog beroep mogelijk).

Meer inlichtingen over Van der Schaar:
Plaats 8: Van der Schaar, P.J.
Chelatietherapeut voor de tuchtrechter gedaagd

Meer uitleg over chelatie:
Encyclopedie: Chelatietherapie

Naschrift 8 juni

Hedenmorgen bericht het ED (Eindhovens Dagblad) uitvoerig over deze regionale kwestie.

Van der Schaar zegt ‘verbijsterd’ te zijn over de uitspraak. “Ik had dit echt niet verwacht.” Hij kondigde gisteren aan in beroep te gaan tegen het vonnis. Tot die tijd kan zijn praktijk, waar hij met zijn medisch team maandelijks circa 250 mensen uit de hele wereld behandelt, open blijven.  …

Ook wat betreft de overige zorgverplichtingen sciet de arts, aldus het college, ernstig tekort. Hij had zijn patiënt moeten stimuleren om de jaarlijks controles bij specialisten (met voorgeschreven medicatie) te blijven volgen, maar deed dit niet. Het tuchtcollege noemt dit ‘onverantwoord en ernstig verwijtbaar’.

De Waalrenaar … krijgt geen schadevergoeding. Daarvoor moet hij naar de rechter of de Geschillencommissie Zorginstellingen.

Je kunt je afvragen of er van oplichting sprake is. Maar oplichting is een delict dat in het Wetboek van Strafrecht staat, en waarbij de opzet tot bedrog bewijsbaar aanwezig is (art 326: ‘hetzij door het aannemen van een valse naam of van een valse hoedanigheid, hetzij door listige kunstgrepen, hetzij door een samenweefsel van verdichtsels’). Het is bij behandelingen door personen die in zichzelf geloven gewoon onmogelijk aan te tonen dat de verdachte een vooropgezet plan had om te bedriegen en daar zelf beter van te worden. Zij geloven namelijk hun eigen ‘verdichtsels’.

HIER is de uitspraak is van het Regionaal Tuchtcollege Eindhoven. Opmerkelijk vind ik het gegeven dat de tuchtrechter constateert dat de patiënt wel een toestemmingsformulier heeft ondertekend, maar dat het formulier ten onrechte niet vermeldt dat het om een alternatieve behandeling gaat, en in tegendeel suggereert dat het om een reguliere behandeling gaat.

Eerlijk gezegd vind ik het Tuchtcollege nog te mild. ‘Alternatief’ is gewoon een door de kwakzalvers zelf bedacht eufemisme voor ‘zonder wetenschappelijk bewijs en/of niet aanvaard door de reguliere geneeskunde’. Op homeopathische middelen staat gewoon naast het woord homeopathisch (wat inhoudt dat het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen heeft nagegaan dat het middel tot de homeopathische religie behoort) ook dat er geen wetenschappelijk bewezen werking is.

Ook van belang is de zinsnede: ‘Het college heeft moeten vaststellen dat bij verweerder ieder inzicht in de onjuistheid en de risico’s van zijn handelen ontbreekt.’  Dat is in het algemeen bij de tuchtrechter van groot belang. In het strafrecht is het net andersom: als de boef ontoerekeningsvatbaar blijkt, is dat reden voor strafvermindering, maar bij dokters is dat reden om ze strenger aan te pakken en ze desnoods definitief door te halen.

Overigens, als Van der Schaar geschorst zou worden, zou dat niet betekenen dat zijn praktijk een half jaar dicht moet. Er is daar nog een arts werkzaam, R.Th.B. Pahlplatz.

Toevoeging 21 juni 2012
In hoger beroep heeft het Centraal Tucht College voor de Gezondheidszorg heden de straf verminderd tot Berisping met publicatie in de Staatscourant. Alleen de klacht ‘heeft onvoldoende aandacht geschonken aan de door klager gemelde klachten van pijn op de borst en heeft klager ontmoedigd om naar het ziekenhuis te gaan’ werd gegrond verklaard. Maar de klachten over onjuiste voorlichting over de behandeling, noch nalaten de huisarts te informeren werden gegrond verklaard.
De uitspraak staat op hier.


 Oorspronkelijk was dit artikel gepubliceerd op het (oude) Skepsis-blog en bestond de mogelijkheid om daaronder in discussie te gaan, waar geregeld uitvoerig gebruik van werd gemaakt. De discussie onder dit bericht kan de geïnteresseerde teruglezen in deze pdf (11 pagina’s).

Vond u dit artikel interessant? Overweeg dan eens om Skepsis te steunen door donateur te worden of een abonnement op Skepter te nemen.

Steun Skepsis