Homeopathie is gebaseerd op speciale geneesmiddelproeven (Prüfungen of provings). Daarbij nemen gezonde personen een homeopathisch middel in om na te gaan welke effecten dit bij hen teweegbrengt. Alle ongebruikelijke symptomen en ervaringen worden nauwgezet in een dagboek genoteerd, zowel lichamelijke als psychische. Meestal wordt het een erg lange lijst, maar gelukkig zijn de symptomen van voorbijgaande aard.
Het homeopathische middel kan vervolgens worden aangewend bij echte patiënten die een aantal overeenkomstige symptomen rapporteren. Daarbij gaat men uit van de veronderstelling dat een homeopathisch middel bij zieke mensen klachten kan verhelpen die het bij gezonde mensen oproept. Mocht het middel niet werken, dan heeft men een ander middel nodig, dat beter bij de symptomen past.
Dit basisprincipe werd in 1790 ontdekt door Samuel Hahnemann, toen hij uit nieuwsgierigheid een bitter poeder innam dat was gestampt uit de bast van een Peruaanse kinaboom. Het werd destijds gebruikt als middel tegen malaria. Pas later ontdekte men dat het kinine bevat, dat de malariaparasiet kan doden. Hoewel Hahnemann geen malaria had, kreeg hij onverwacht last van malaria-achtige verschijnselen. Dat kon volgens hem geen toeval zijn. Hij veronderstelde dat hetzelfde principe ook voor andere stoffen geldt: ze wekken bij gezonde mensen symptomen op die ze bij zieke mensen kunnen verhelpen.
Later ontdekte hij dat het nog veel beter (en veiliger) werkt als je de middelen stapsgewijs sterk verdunt. Neem één druppel van een bepaalde oertinctuur, voeg daar 99 druppels water of alcohol aan toe en schud de vloeistof krachtig. Deze verdunning staat bekend als de “potentie” C1. Neem daar weer één druppel van, voeg 99 druppels alcohol toe, schud de vloeistof goed en je hebt de potentie C2. Hoe langer je hiermee doorgaat, des te krachtiger wordt het middel. Veel homeopaten gebruikten evenals Hahnemann de potentie C30 voor hun proeven.
Hahnemann en zijn navolgers onderzochten bij honderden homeopathisch bereide middelen welke symptomen deze opriepen. Het bewijs dat die inderdaad met het middel samenhingen, werd geleverd wanneer het werkzaam leek te zijn bij patiënten die overeenkomstige symptomen rapporteerden.
Helaas berust deze theorie op drijfzand. Ten eerste is het niet waar dat gezonde mensen koortsachtige verschijnselen krijgen als ze kina innemen. Dat bleek onder meer uit een experiment van de Duitse farmacoloog prof. Hopff, die zijn studenten als proefpersonen gebruikte. Bovendien is er geen reden om aan te nemen dat hoge verdunningen specifieke effecten kunnen veroorzaken.
Om het deugdelijk te onderzoeken moet men een proef uitvoeren waarbij een deel van de testpersonen een homeopathisch middel inneemt terwijl de rest een gewone alcoholoplossing krijgt. Dan zou moeten blijken dat de groep die het echte middel slikt, beduidend meer kenmerkende symptomen krijgt dan de groep die het placebo inneemt. Uiteraard moet men er bij deze proef voor zorgen dat de testpersonen niet weten wat ze ontvangen. Dat wordt door het lot bepaald, zodat voorkennis de resultaten niet kan beïnvloeden.
Een groep critici voerde al in 1835 een dubbelblind experiment uit (een van de allereerste dubbelblinde proeven in de geneeskunde!), maar dat leverde niks op (Stolberg, 2006). Het tijdschrift Homeopathy publiceerde onlangs een overzicht van alle proeven die tussen 1945 en 1995 werden gepubliceerd, maar deze waren van zo slechte kwaliteit dat de auteurs er geen conclusies uit konden trekken (Dantas et al., 2007).
Pas de laatste jaren verschenen er enkele experimenten die van betere kwaliteit waren: Goodyear et al. (1998), Vickers et al. (2001a), Vickers et al. (2001b), Walach et al. (2001), McCarney et al. (2002), Brien et al. (2003), Walach et al. (2004), Möllinger et al. (2004), Dominici et al. (2006). De resultaten vielen erg tegen (zie ook Homeopatisch pendelen). Alleen de laatste twee experimenten rapporteerden een significant resultaat, al kunnen daar wat vraagtekens bij worden geplaatst omdat het aantal proefpersonen erg gering was. We moeten er bovendien rekening mee houden dat kleine proeven gewoonlijk niet gepubliceerd worden wanneer ze niks opleveren.
Möllinger et al. (2004) werkten met 21 proefpersonen. Zeven personen kregen Calendula (verdunde goudsbloem), zeven kregen Ferrum muriaticum (verdund ijzer-III-chloride) en zeven een placebo. De resultaten staan in de onderstaande tabel. Voordat de proef begon, rapporteerden de proefpersonen gedurende een week alle symptomen die ze bespeurden zonder dat ze iets hadden ingenomen (de baseline). De symptomen werden door een geblindeerde deskundige in drie categorieën ingedeeld: 1) symptomen die naar verluidt bij Calendula pasten; 2) symptomen die bij Ferrum pasten; 3) symptomen die niet bij een van beide pasten (placebo).
We zien dat de Calendula-groep tijdens de proef (proving) in totaal 43 Calendula-symptomen rapporteerde, veel meer dan de placebogroep (1). De Ferrum-groep rapporteerde meer Ferrum-symptomen dan de placebogroep (22 versus 5), maar nauwelijks meer dan voordat de proef begon (21). Als we wat beter kijken, zien we bovendien dat de Ferrum-groep opmerkelijk veel Calendula-symptomen rapporteerde. Ook zien we dat de placebogroep al voordat het experiment begon beduidend minder symptomen rapporteerde dan de andere twee groepen. Het is mogelijk dat er in deze kleine placebogroep toevallig veel personen zaten die minder symptoomgevoelig of suggestibel waren. Eigenlijk is het niet mogelijk om op basis van deze uitkomsten statistiek te bedrijven. Als dit de meest overtuigende proef is die homeopaten na 200 jaar kunnen leveren, dan stelt het nog niet veel voor.
Homeopathische geneesmiddelproeven hebben als voordeel dat ze betrekkelijk snel en goedkoop kunnen worden uitgevoerd, zonder dat je daarbij patiënten nodig hebt. Het middel wordt gewoonlijk gedurende twee dagen meermaals ingenomen. Wanneer de symptomen uitblijven, kan men nog enkele dagen langer doorgaan. Het is niet bekend bij hoeveel procent van de proefpersonen de symptomen zich manifesteren. Ook in de placebogroep vindt men vaak hoge percentages. Waarschijnlijk is het verstandig om ervoor te zorgen dat de proefpersonen niet weten welk middel wordt getest, zodat ze ook niet weten welke symptomen ze mogelijk kunnen verwachten.
Een proef kan het beste worden uitgevoerd met een groot aantal personen die verstand hebben van homeopathie. De helft van hen krijgt een homeopathisch middel en de andere helft een placebo. De proefpersonen noteren alles wat ze ervaren en sturen hun verslag naar enkele deskundige homeopaten. Deze homeopaten proberen op basis van de gerapporteerde symptomen vast te stellen welke proefpersonen het echte middel hebben geslikt. Ten slotte kunnen we natellen bij hoeveel van deze personen dit inderdaad het geval is en bij hoeveel het niet klopt. Het verschil moet statistisch significant zijn.
Skepsis is graag bereid om aan een dergelijke proef mee te werken. In 2004 was er een woordvoerder van een homeopathische vereniging (NVKH) die de minister van Volksgezondheid tot tweemaal toe via de krant uitdaagde om Sulphur C200 te slikken. De minister zou dan zelf merken dat zulke hoge verdunningen meer zijn dan water (zoals hij eerder had beweerd), want van Sulphur C200 krijg je vreselijke jeuk. Volgens de homeopathische woordvoerder durfde de minister deze uitdaging niet aan, omdat hij heimelijk wist dat de homeopaten gelijk hebben. Ik stelde de woordvoerder voor om samen met Skepsis een proef uit te voeren. Daar was hij naar het scheen heel enthousiast over en hij zorgde ervoor dat het plan twee dagen later al in de Volkskrant stond. Aan een journalist vertelde hij: “Deze vorm van testen is de basis van de homeopathie. Als het niet lukt, zeg ik mijn praktijk op. Dan ben ik ook voorgelogen.”
Helaas haakte de homeopathische vereniging kort daarna weer af. De uitdaging aan de minister leek bij nader inzien niet meer dan een propagandastunt te zijn. De homeopaten durfden hun bewering niet echt te toetsen, want ze waren veel te bang dat dit niets zou opleveren. (zie mijn briefwisseling)
Toch hoop ik nog steeds dat er homeopaten zijn die hun werkhypothese wel op de proef durven te stellen. Wilt u meedoen, laat dan een berichtje achter of stuur een mailtje.
@ Nanninga
Achter de link Dantas et al zit het verkeerde artikel ?
Bedankt voor de foutmelding. Ik heb het gecorrigeerd.
Het enige voorbeeld dat ik ken waarbij een verdunning een effect oplevert dat het onverdund niet heeft, is bij het viooltje (Viola odorata): het sap van Maartse viooltjes gaat pas geuren als het 500 x verdund wordt.
Het zou op zich wel interessant zijn om te onderzoeken hoe dat komt. Maar ik vrees dat het heel weinig te maken heeft met de homeopathie, zoals hierboven beschreven.
Die Hopff die kina-proeven deed, was dat Wolfgang H. Hopff? Die was verbonden aan het Farmacologische Instituut van de universiteit van Zürich.
Hij was niet de eerste die opmerkte dat kinabast niet de door Hahnemann gerapporteerde effecten heeft. Oliver Wendell Holmes geeft in zijn beroemde artikel uit 1842 al twee onderzoeksgegevens waaruit blijkt dat er niets van klopte. Zoek naar Double en Bonnet.
In hetzelfde stuk staat een korte vermelding van hetzelfde soort geneesmiddelproef als de NVKH voorstelde, uit 1835. Ook toen al trok de homeopaat zich terug toen puntje bij paaltje kwam.
Er zijn waarschijnlijk heel veel meer geneesmiddelproeven gedaan dan er gepubliceerd zijn. Tijdens een lezing voor de VHAN vertelde farmacoloog Erik Noach dat een student van hem die in homeopathie geloofde, ook een geneesmiddelproef wilde doen. Noach hielp hem met de opzet en en er kwam natuurlijk niks uit. Student in tranen. Noach troostte hem: ‘In de wetenschap telt één enkel experiment toch niet!’ De student waar het om ging was tijdens die lezing bestuurslid van de VHAN. Smakelijk gelach van de toehoorders (grotendeels VHAN-leden). Het verhaal heeft in Skepter gestaan, minus het detail over de persoon van de student.
Het is interessant om te speculeren wat Hahnemann overkwam. Kinabast bevat heel veel bestanddelen, en het is denkbaar dat H. door eerder kinabastgebruik allergisch was geworden voor een van die bestanddelen. Of hij werkelijk koorts had, is niet bekend, want in die tijd werd de lichaamstemperatuur niet gemeten.
Het experiment van prof. W.H. Hopff wordt genoemd in het het boek Trick or Treatment (2008) van Simon Singh en Edzard Ernst (hoogleraar in de complementaire en alternatieve geneeskunde aan een Engelse universiteit). Ernst groeide op met homeopathie en werkte enige tijd in een homeopathisch ziekenhuis. Hij schreef dat het experiment van Hopff uit 1991 er mede voor zorgde dat hij anders over homeopathie ging denken. Er staat niet bij of het experiment ergens gepubliceerd is.
Ik weet niet waarom het experiment zoveel indruk op hem maakte. Misschien had hij eerder nog niet beseft hoe ondeugdelijk de homeopathische Prüfungen zijn. Homeopaten zijn gewend om elkaar na te praten, zonder zich af te vragen waarop hun kennis eigenlijk is gebaseerd. Zo zijn er talloze homeopathische websites die de kina-proef van Hahnemann beschrijven, zonder te vermelden dat deze niet klopt. Ik ben bang dat veel homeopaten zulke feiten liever negeren.
Ernst richtte zich later op de vraag of homeopathische middelen een heilzaam effect op patiënten kunnen hebben. Als je afgaat op de beste experimenten, dan kun je constateren dat homeopathie niet meer is dan een placebo, schrijft hij in zijn recente boek. Homeopaten zijn niet blij met Ernst en beschouwen hem als een verrader of overloper. In reactie daarop (en vermoedelijk ook als reclame voor zijn boek) stelde Ernst vorige maand 10.000 pond ter beschikking voor overtuigende bewijzen:
Leading professor offers £10,000 to first person to prove homeopathy works
Om de prijs te verdienen, hoef je geen experiment uit te voeren, maar moet je een Cochrane-review publiceren waaruit blijkt dat homeopathie ergens goed voor is.
“We challenge homeopaths to show that the Cochrane Collaboration has published a review that is strongly and conclusively positive about high dilution homeopathic remedies for any human condition. Or, we challenge them to have such a review published within 12 months of the first publication of extracts from “Trick or Treatment?” (8 April, 2009). The Prize will be £10,000 paid by Ernst and Singh out of their own pocket.”
Zo zie je maar dat proeven doen toch wel helpt. Heel af en toe is zoiets de druppel die ergens een emmer doet overlopen. Zonder die ene proef was Ernst misschien wel voorzitter van de Oostenrijkse homeopaten geworden…
Er werd een voorbeeld genoemd van geureffect van het maartsviooltje.
Er zijn meer stoffen die je pas bij bepaalde verdunningen kunt ruiken of een bepaald effect hebben. waterstofsulfide ruik je niet meer boven een bepaalde (giftige) concentratie, het stinkt verschrikkelijk in wat lagere concentraties (rotte eieren) maar in hele lage concentraties wordt het door sommige mensen als prettig ervaren.
Overigens is dit geen steun voor homeopathie. Dat is een van de ergere vormen van kwakzalverij vooral omdat zoveel voor de rest wel denkende mensen het niet als kwakzalverij zien en er zelfs artsen zijn die er in geloven en het bedrijven.
@Uisge: Als een arts zich in de Homeopathie verdiept en dit bedrijft kan ik mij toch moeilijk voorstellen dat hij dit alleen doet op basis van zijn geloof in deze methode, hij zal er daadwerkelijk na zich het verdiepen hierin, toch wel een geneeskundig potentieel in zien (m.i.), om er mensen succesvol mee te behandelen. Artsen zijn toch goed opgeleide mensen, die het een en ander wel kritisch beschouwen, lijkt me toch en niet alles maar voor zoete koek aannemen.
Ik neem aan dat homeopathische artsen zelden iets weten van het hierboven besproken onderzoek en ze zullen daar waarschijnlijk ook geen interesse voor hebben. In mijn briefwisseling kon je lezen over een woordvoerder van een homeopathische vereniging die meende dat Sulphur C200 bij gezonde mensen vreselijk jeuk veroorzaakt. Dat zei hij ongetwijfeld niet op basis van deugdelijk onderzoek, maar omdat hij het ergens in een homeopathisch boek had gelezen of omdat hij het van gezaghebbende homeopaten had gehoord. Je moet een wetenschappelijke instelling hebben om te willen weten of zulke beweringen echt kloppen. Het is makkelijker om anderen na te praten. Dan hoef je er verder niet over na te denken.
@Rob: Wat zou volgens jou dan de motivatie van een regulier arts zijn om zich te specialiseren of verdiepen (hoe je het maar benoemen wilt), in de Homeopathie? Waar ligt dan zijn belang?
Wat je als voorbeeld noemde over de misvatting en kennishiaat van een arts en woordvoerder van een Homeopatische vereniging (wel een blunder van formaat van de goede man) dat Sulphur C2000 bij gezonde mensen vreselijke jeuk veroorzaakt, kan een incident zijn, maar daar kun je toch niet alle artsen die zich in Homeopathie
verdiept hebben en dit ook uitoefenen niet op af rekenen? En er dan maar vanuit gaan dat ze niet een echte wetenschappelijk onderbouwde kennis van de materie hebben?
Of Homeopathie nu echt werkt of slechts een Placebo-effect veroorzaakt (an sich ook wel heilzaam) is nog steeds discutabel.(m.i.).
@ragnar
Dat moet je zelf maar even uitzoeken, want daar gaat mijn stukje niet over.
Michiel van Gemert is geen arts, maar een ex-verpleegkundige. De KVHN heeft veel leden, maar daar zijn maar weinig artsen bij (om precies te zijn, maar drie). Het bestuur van de KVHN heeft geen artsen.
De artsen-homeopaten zitten deels in de VHAN, en deels daarbuiten als ‘zelfstandig homeopaat’ of een die homeopathie naast een andere hobby doet.
Waarom een regulier arts iets van homeopathie zou willen weten is te begrijpen: intellectuele nieuwsgierigheid.
Waarom een arts iets zou zien in homeopathie en het ook gaat bedrijven is een heel ander verhaal. Dat kan te maken hebben met familietraditie, of het kan voortkomen uit frustratie en in niet weinig gevallen is de landspolitiek van de jaren 1980 de oorzaak: toen was het beleid dat alternatieve huisartsen met voorrang behandeld werden als ze een standplaats zochten. Het is dan ook opvallend hoeveel alternatieve artsen in die decade hun artsdiploma hebben gekregen.
Ook een rol speelt dat bij de artsen-opleiding de wetenschappelijke vorming onvoldoende is, waardoor ze de neiging hebben om persoonlijke anekdotische ervaringen te stellen boven de uitslagen van wetenschappelijk onderzoek.
Hoe het bij de KVHN is weet ik niet. Het valt me wel op dat daar de man-vrouwverhouding ongeveer 1:5 is, wat de suggestie wekt dat homeopathie door niet-artsen typisch een soort huisvrouwenbijverdienste is, maar misschien heb ik helemaal mis en bevindt zich het onvindbare vrouwelijke wetenschappelijke potentieel in Nederland zich allemaal bij de KVHN en aanverwante clubs zoals sterrenwichelaars, kaartlegsters, helderzienden en heksen.
@JWN: Bedankt voor je reactie op mijn vraag. Heel verhelderend.
Waarom een regulier arts naar homeopathie overstapt kan ook psychologische achtergronden hebben. Het is maar hoe je er als persoon van overtuigd bent dat iets werkt. En dan kun je nog zo’n wetenschappelijke achtergrond hebben dan nóg kunnen empirische argumenten hun doorslag geven. Dit heeft alles met de werking van de psyche van de mens te maken en als we ergens weinig over weten dan is het dat wel.
“Het valt me wel op dat daar de man-vrouwverhouding ongeveer 1:5 is, wat de suggestie wekt dat homeopathie door niet-artsen typisch een soort huisvrouwenbijverdienste is”
Zo wat seksistisch. Klinkt ook niet erg wetenschappelijk. Misschien ook een huisvrouw uhhm huisman?
De heer Nienhuys vermeldde in zijn bericht van 13 juli dat de KVHN 1 mannelijk lid (no pun intended) tegen 5 vrouwelijke leden telde. De Koninklijke Vereniging Homeopathie Nederland KVHN is echter een soort patiëntenplatform ; hij zal dan ook de NVKH, de Nederlandse Vereniging van Klassiek Homeopaten bedoeld hebben.
Monique zegt op 14 juli dat Nienhuys’ suggestie dat homeopathie door niet-artsen typisch een soort huisvrouwenbijverdienste zou zijn, seksistisch en niet wetenschappelijk is.
Wat homeopathie betreft heb ik niets specifieks kunnen vinden. Wel over de vraag waarom New Age (in Amerika) zoveel vrouwen aantrekt en waarom New Age praktisch altijd door kleine zelfstandigen bedreven wordt. Men type in google “What and who is New Age” in en dan komt men direct terecht op het proefschrift uit 2000 van Thomas König, met vele literatuurverwijzingen. Een van de factoren die hij noemt is het wegvallen van het sociale netwerk dat men had via het werk. Homeopathie bedrijven is natuurlijk niet exact hetzelfde als de New Age-ideologie aanhangen, maar het zou mij niet verbazen indien die factor het hoge aandeel van vrouwen in de NVKH mede zou verklaren.
KVHN – NVKH: correct!
Als je op de site van de KVHN zoekt naar therapeuten zie je twee links staan: naar de artsen (VHAN) en naar de NVKH, waar ook enige artsen lid van zijn. Overigens is bij de artsen van de VHAN de M/V verhouding 4:3 en bij de artsen die aan homeopathie doen zonder lid van een club te zijn nog een tikje schever.
Ik snap de opmerking over het sociale netwerk van het werk niet. Was het vroeger dan zo in de VS dat vrouwen daar vroeger veel in loondienst werkten en nu niet meer?
Wat betreft de oververtegenwoordiging van vrouwen in New Age, had ik beter kunnen zeggen dat niet zozeer het wegvallen, maar eerder het afwezig zijn van een sociaal netwerk via het werk een factor is die volgens Thomas König de gang naar New Age bevordert, althans voor die leden van de Amerikaanse low middle class die buiten het werk om geen sociale contacten hebben, afgezien van hun gezin. Een vlucht naar New Age dus bij gebrek aan betere perspectieven ; ergens zegt König dat New Age individuele pseudo-oplossingen biedt voor structurele maatschappelijke problemen. Vrouwen zitten vaker in de bedoelde netwerkloze situatie dan mannen omdat ze nu eenmaal veel minder vaak een baan hebben, dus stromen er meer vrouwen dan mannen naar New Age. Alwaar zij ontdekken dat er daar legio mogelijkheden zijn (zoals homeopate worden) om op vrij eenvoudige manier ook nog iets te verdienen aan de problemen van lotgenoten. Iedereen happy dus.
Ik vrees dat ik Thomas König hier voorbij ben gefilosofeerd : het originele stukje over de gender bias in New Age staat op blz. 138 e.v. van “What and who is New Age”.
Geachte skeptici,
Laat ik om te beginnen zeggen dat het me een groot genoegen was om jullie site (en de vereniging zelf) te ontdekken. Maar goed, dit is niet de plaats om daarover uit te wijden!
Ik heb een vraag over homeopathie waar ik na een uur zoeken nog steeds geen bevredigend antwoord op heb kunnen vinden: is het de fabrikanten van homeopathische middelen in Nederland wettelijk verplicht om de verdunningsgraad op de verpakking van hun producten te vermelden?
Als iemand hier het antwoord weet ben ik hem/haar zeer erkentelijk!
Volgens mij moet de verdunningsgraad op het etiket staan. Het staat in art. 73 van de Geneesmiddelenwet 2007, te vinden op http://www.wetten.overheid.nl.
(slechts 25 minuten gegoogled)
Een makkelijker bron is natuurlijk (voor deze wet)
http://www.st-ab.nl/wetten/1078_Geneesmiddelenwet.htm
Overigens: de Stichting Skepsis is geen vereniging.
Bedankt voor de links!
En excuses: slordig foutje van mijn kant.
Mevrouw Atsoe-Pier, bedankt voor de link naar König. Ik denk dat de gender bias op basis van de sociale werkcontacten inderdaad maar een factor is. In de noot eronder is het verschil 15%. Daarbij vraag ik mij af of het netwerk van de low middle class american man zoveel betere bescherming geeft?
Ook is het sociale netwerk handig als je, laten we zeggen, homeopaat wil worden. Toch gaan, met het football kijkende en auto poetsende netwerk van manlief erbij, nog een hoop bedrijfjes failliet. Weer niet iedereen happy.
“..Als het niet lukt, zeg ik mijn praktijk op.”
Inderdaad, als het niet lukt heb je eigenlijk geen praktijk. Het organisatietalent van de gender bias zou toch ‘iets’ moeten kunnen regelen of een berichtje achterlaten hier. Volgens König is het al best knap dat er een vereniging is, nu nog maatschappelijke actie.
@ Mopje
Dit wordt wel even off topic, maar ere wie ere toekomt : de link naar König had ik al eens gevonden via Skepter, maar ik kon hem later niet meer terugvinden. Totdat ik hem recent, zoekend met google naar iets anders, weer tegenkwam.
Die 15 % verschil tussen werkende mannen en vrouwen kan in Nederland nog wel eens veel groter zijn. De Nederlandse cijfers zijn op dit gebied vermoedelijk vertekend t.o.v. de Amerikaanse aangezien hier vrouwen met een klein deeltijdbaantje ook als werkende vrouw geteld worden en in Amerika niet (?). En in tijden van recessie zouden de percentages nog wel eens verder kunnen uiteenlopen, tenminste indien vrouwen er eerder uitvliegen dan mannen. Ik heb bij König niet kunnen vinden om welke reden het sociale netwerk van het werk bescherming biedt tegen de verleidingen van New Age ; ik vermoed omdat men daar verplicht moet omgaan met collega’s die alleen al door hun aanwezigheid een bepaalde rem zetten op elkaars ongebreidelde zelfontplooiing. Zelfs in sectoren waar New Age ver doorgedrongen is moet nog steeds winst gemaakt worden.
En wat betreft “Als het niet lukt, zeg ik mijn [alternatieve] praktijk op” : ja, die luxe heeft men als men over een kostwinner beschikt ! Dat sociale netwerk dat u noemt is er natuurlijk wel voor alternatief praktiserende zelfstandigen, maar dat lijkt mij (ik volg hier König na) een vrij gesloten netwerk, en daardoor, en door een gebrek aan institutionele ondersteuning, groeien ze zelden uit tot grote bedrijven. U zien ze waarschijnlijk nooit in die kringen, en mij ook niet. Ze weten niet wat ze missen !
N.a.v. de vraag van Matthijs le Loux heb ik toch nog even opnieuw naar de Geneesmiddelenwet gekeken. En inderdaad, op het etiket van homeopathische genees(!)middelen hoeft zo te zien niets te staan over de werkzame bestanddelen, maar volgens art. 73, lid 2, punt k, moet er wel de volgende tekst op staan : “homeopathisch geneesmiddel zonder goedgekeurde therapeutische indicaties”. Zoveel ingenuïteit, daar word ik echt stil van.
Het kan altijd erger. In Engeland is het sinds 1 september 2006 toegestaan om op homeopathische middelen te vermelden tegen welke kwalen ze kunnen worden aangewend. Deze indicaties zijn louter gebaseerd op de hierboven besproken homeopathische “provings” met gezonde mensen, waarbij geen placebogroep wordt gebruikt. Velen begrijpen niet waarom de Medicines and Healthcare Products Regulatory Agency deze stap heeft genomen. Volgens sommigen is het om de homeopathische industrie ter wille te zijn (dat is een bloeiende bedrijfstak). Volgens anderen heeft prins Charles waarschijnlijk ook zijn invloed aangewend. De prins is een true believer. Het Britse ministerie van gezondheid subsidieerde een gidsje over alternatieve geneeswijzen dat door de prins zelf werd geschreven. Aanvankelijk had men prof. Ernst gevraagd een hoofdstukje over wetenschappelijk onderzoek toe te voegen, maar dat werd op last van de prins geschrapt.
@A. Atsoe-Pier
Ere wie ere toekomt maar zonder u had ik van het bestaan niet geweten. Toch vind ik nog steeds ook de reden onduidelijk. Maar als verplichte omgang met collega’s werkt, waarom niet? Dan kunnen we weer on topic met collega artsen over homeopathie. Een berichtje achter laten is toch niet teveel werk?
Wat de homeopathische artsen VHAN betreft, ik ben toch benieuwd naar de uitwerking van de nieuwe gedragsregels van de KNMG per 01-04-08 betreffende niet-reguliere behandelwijzen (zie site VtdK). Daarover staat niets op hun site. Ze zijn ze nog steeds bezig met het streven naar de erkenning van de homeopathie als geneeskundige methode uitgevoerd door artsen en blijkens de FAQ’s werken de homeopathische geneesmiddelen nog steeds, ook op dieren.
Wellicht hebben ze het te druk met het aanpassen van hun gedragsregels aan die van de KNMG om berichten achter te laten. Dat wordt taalkundig nog wel een probleem, daar zou in moeten staan : wij doen niet-reguliere behandelingen (term KNMG) m.b.v. homeopathische geneesmiddelen (term Geneesmiddelenwet).
Mevrouw Atsou-Pier, ik moet steeds denken aan de woorden ‘G E E N P A N I E K’ op het omslag van Het Transgalactisch Lifstershandboek. (als een soort houvast)
Maar dat homeopathische artsen, homeopathische geneesmiddelen gebruiken voor niet-reguliere behandelingen is toch typisch gedrag? Je moet er alleen even opkomen en dan is het geen probleem meer.
Taalkundig is er meer en kan dit volgens de wet:
‘4.1 Indicaties
X is een homeopathisch geneesmiddel zonder een specifieke therapeutische indicatie.’
Het is net of er wat in zit, maar dan niet iets specifieks. Als we dat toch willen weten kunnen we het opzoeken in Engeland.
Ik twijfel ook nog aan verplichte omgang met collega’s:
http://www.youtube.com/watch?v=C0c5yClip4o
Het is toch eigenlijk van de gekke dat er wereldwijd zoveel gediscussieerd wordt over een compleet ongeloofwaardig en bizar fenomeen als homeopathie. Ik begrijp dat het niet anders kan – de homeopathische industrie floreert – maar ik zou bijna willen stellen dat mensen die ervoor kiezen hun geld uit te geven aan zoiets stompzinnigs vast ook niet op andere gedachten te brengen zijn (die uitspraak staat wel haaks op de gedachte achter mijn blog).
Ik heb nog met verbijstering gekeken naar het Youtube filmpje in de reactie hierboven. De zinsnede op 4:28 deed het hem voor mij: “…we use sound, we can use light, we can use homeopathy…”, ik zou zeggen “why stop there?, waarom niet ook “…witchcraft, a dowsing rod and holy water…”.
Ik ben voor de geïnteresseerden bezig met de ontwikkeling van een therapie waar ik wel erg enthousiast van word: homeopunctuur. Een combinatie van acupunctuur en homeopathie, waarin de patiënt volgeprikt met brei-naalden de homeo-geneesmiddelen dient te verorberen. Het onderliggende principe van deze baanbrekende therapie is zeker wetenschappelijk te noemen:
negatief * negatief = positief
Oftewel: aangezien acupunctuur en homeopathie afzonderlijk niets bewerkstelligen is met zekerheid te voorspellen dat ze gecombineerd extra krachtig zullen zijn. Ik neem aan dat wiskundigen staan te popelen om me in deze these te zullen steunen!
LOGATES
Alternatieve geneeswijzen zullen, hoe hard je er ook tegen vecht, altijd blijven bestaan. Mensen willen graag wat doen tegen hun ziekte, ook al is er niks tegen te doen. Daarnaast vind ik dat het placebo effect van alternatieve geneeswijzen niet verontachtzaamd moet worden. Ik zou daarom iets als homeopathie niet zonder meer willen verbieden. Uiteraard moeten excessen evenals onjuiste claims en suggesties wel bestreden worden. Op het moment dat men homeopathie als wetenschap presenteert (dat gebeurt helaas niet zelden) gaat men m.i. echt te ver.
Bij de (alternatieve) genezerij en trouwens allerlei vormen van kennis zijn er twee kanten: de aanbieders en de consumenten. Dat loopt nogal eens door elkaar, omdat de alternatieve aanbieders van de consumenten gelovige volgelingen maken, die vervolgens als een soort zouaven hun Grote Leiders gaan verdedigen tegen kritiek.
‘Verbieden’ van wat in essentie een geloof is gaat te ver. Het staat iedereen vrij om een Instituut voor kaartlegkunde op te richten, maar aan de andere kant staat het alle organisaties die iets te maken hebben met wetenschappelijk onderbouwde geneeskunde (en andere zaken) het vrij om te zeggen: wat niet wetenschappelijk onderbouwd is, komt er niet in. Dus: geen cursussen astrologie in door de overheid gesubsidieerde of betaalde instellingen, geen verkoop van homeopathische middelen tezamen met reguliere middelen, geen reguliere genezers die ook nog acupunctuur of homeopathie erbij doen.
Dus toch een beetje verbieden: de arts die aan homeopathie wil gaan doen is daar natuurlijk vrij in, maar dan zou daarmee automatisch zijn of haar inschrijving als arts komen te vervallen. En de patiënt mag natuurlijk zorg zoeken waar het die belieft.
haha wat een onzin allemaal deze site
Homeopatie is inderdaad nog niet bewezen, maar totdat het bewezen is dat het NIET of WEL werkt, moet je gewoon je stoere mond houden want er is dan nog altijd 50% kans dat het WEL werkt. Dus op dit moment valt er nog niets over te zeggen, ‘de wetenschap’ is nog steeds geen absolute waarheid, want dat zou het een religie maken.
Ondertussen maken jullie je er zo druk over dat je zelf bijna een religie begint…een skepsis religie. Echt heel sneu.
Met het gevaar dat noxgenus een TROLL is een commentaar op NOXGENUS:
Het is mischien verstandig om je advies aan de skeptici(gewoon je stoere mond houden) even ter harte te gaan nemen en een een paar cursusjes te gaan doen of boeken te gaan lezen. Ik stel voor: Statistiek voor dumies. Wetenschapsfilosofie voor beginners. Elementaire logica. Inleiding tot natuurwetenschappenlijk onderzoek.My first ethics en mischien zelfs wel theologie voor leken.
Om te beginnen bij het minst verstandige wat je naar voren brengt. Je zegt: “Homeopatie is inderdaad nog niet bewezen, maar totdat het bewezen is dat het NIET of WEL werkt, moet je gewoon je stoere mond houden want er is dan nog altijd 50% kans dat het WEL werkt”
Zo werkt het natuurlijk niet. Ik weet niet of ik morgen leef of dood ben. Volgens de bovenstaande redenering heb ik dus 50% kans om morgen te sterven.
Gelukkig werkt kansberekening niet zo.
Dan zeg je dat er voorlopig nog niets te zeggen valt over de werkzaamheid van homeopathie. Het lijkt me duidelijk dat er wel iets over te zeggen valt. Er zijn onderzoeken gedaan die door homeopathen geclaimde werkingen niet ondersteunen.
Dan zeg je nog dat dat ‘de wetenschap’ nog steeds geen absolute waarheid is want dan zou het een religie zijn.
Wetenschappers praten vrij zelden over absolute waarheden(behalve als abstracte ideeen)en de wetenschap leverd ook geen absolute waarheden. Dat is juist een van de krachten van de wetenschap; het beschrijft bij benadering de natuur en we kunnen zelfs schatten hoe dicht de waarheid is benaderd. Wetenschap zoekt mischien wel naar bijna absolute waarheden.
Omdat wetenschap zich niet bezig houd met absolute waarheden word het dus volgens jouw nooit een religie. Waarschijnlijk is dat maar beter voor zowel religie als wetenschap. Maar ik vraag me wel af of absolute waarheden een typische eigenschap van religies zijn. Religies veranderen nogal vaak van mening dus hoewel het mogelijk is dat een er op dit moment een persoon is in de wereld die de absolute volledige waarheid kent lijkt me dat vrij onwaarschijnlijk(vanuit wetschappelijk/filosofisch standpunt zelfs onmogelijk) maar voledig uit te sluiten is dat niet.
Als laatste vind je het blijkbaar sneu als mensen zich druk maken of iets waar of niet waar is. Ik vraag me af waarom. Wetenschappelijk skepticisme is de meest constructieve denkwijze in de wereld. Goede kans dat jij je leven te danken hebt aan mensen die met een skeptische blik de wereld bekeken en bedachten of iets wel echt waar is. Ik denk dan aan de moderne geneeskunst en andere wetenschap.
Het is niet sneu om kritisch iets te onderzoeken, het is nuttig, interresant, open, leuk en constuktief. Het zorgt voor een gezonde onafhankelijke denk wijze met respect voor andere mensen en hun meningen. De tegenovergestelde houding je wereldbeeld laten vormen puur op basis van traditie, authoriteit, openbaring, geloven om het geloven, angst en aangeboren gedragingen van je zelf en anderen zorgt voor volgzaamheid, angst en agressie jegens anders denkenden en is behalve gevaarlijk mischien zelfs wel een klein beetje sneu om bij jouw woorden te blijven.
Velen van ons zijn opgeleid in het fysieke.
Daardoor zijn ze ook GECONDITIONEERD door het fysieke ( denken).
Jammer dat zulke figuren dan ook denken het niet fysieke – zoals homeopathie – te kunnen inschatten en dat hun veto en oordeel daarbij nodig zijn.
Een rotsituatie.
Zo wordt van alles naar de filistijnen geholpen met hoogmoedswaanzinnige scepsis.
Sinds wanneer is er ooit bewezen dat bijv. een chemo kuur helpt?
Ja symptomen veranderen, maar gaat het in geneesKUNDE om het wegwerken van symptomen, en ook nog maar tijdelijk? Ooit van oorzaken gehoord?
bah!!!.
Ik sluit me geheel aan bij de reactie van dhr. Nienhuys hierboven.
Zo schreef laatsts een psychologe op mijn blog over “whole brain thinking”(en dat ik dat maar ’s moest gaan doen). Tot mijn grote verbazing blijkt ze ook haar patiënten hiermee lastig te vallen. Ik denk dat een verbod op dat soort praktijken voor ingeschreven psychologen inderdaad serieus overwogen zou moeten worden.
Met veel interesse de verschillende meningen.cq opvatingen gelezen. Wie krijgt geen kwalen, vooral bij het stijgen van de levensverwachtingen? De medische wetenschap heeft slechts beperkte mogelijkheden vandaar dat men zich wendt tot het alternatieve deel, de vele behandelaars die soms het beste met de patient voor hebben. Als men niet regulier op de juiste manier beandeld kan worden en men constant,bv. met pijn met leven.Wat is dan de juiste oplossing? dat er vele oplichters werkzaam zijn betekent nog niet dat ook velen, zelf arts, ook met kruidentherapie werken. Als men zich wel voelt met welk middel ook, gun ik ieder mens, dier en al wat leeft.
@P.van der Vliet
Homeopathie is geen kruidentherapie. In het blogartikel gaat het over stoffen die zo sterk verdund worden dat het een wonder zou zijn als er nog één molecule van de stof in het homeopathische middel te vinden is. Als dat nog werkt, dan is het magie. In het blogartikel wordt betoogd dat homeopaten zelf ook niet in staat zijn om het ene middel van het andere te onderscheiden. terwijl hun hele theorie steunt op de onjuiste veronderstelling dat ze dit wel kunnen.