Van tijd tot tijd wordt de rechter geroepen een oordeel te geven over medisch handelen. Dat kan zich voordoen in strafzaken, waarin bijvoorbeeld een arts beschuldigd wordt van het opzettelijk stellen van verkeerde diagnoses, maar ook in civiele zaken, waarin bijvoorbeeld een patiënt schadevergoeding vordert omdat een cosmetische operatie totaal mislukt is. Een probleem voor rechters bij dit soort zaken is dat zij weliswaar over grondige kennis van het recht beschikken, maar doorgaans leken op medisch gebied zijn. Omdat zij gelet op hun specialisme geen gezaghebbend oordeel kunnen geven over de aanvaardbaarheid, het risico, het nut of de effectiviteit van medisch handelen, is het van belang dat zij door de procespartijen daarover met behulp van deskundigen goed worden voorgelicht. Dit geldt niet minder, en misschien nog wel veel meer, wanneer aan de rechter een zaak wordt voorgelegd waarin het niet om reguliere, maar om alternatieve geneeskunde gaat.
Recent hebben twee rechtszaken rond alternatieve behandelaars het nieuws gehaald. In beide gevallen gaat het om artsen en/of therapeuten die menen recht te hebben op vrijstelling van de verplichting omzetbelasting (beter bekend als btw) te betalen.
Meer lezen