Rubriek Parariteiten – 18

Met tekeningen van Jaap van den Born

Skepter 18.1 (2005)

Tekening van Jaap van den Born
Maar dat is geniaal meneer Brinkhuizen. Hoe kwam u voor het eerst op dit idee?’

1. Aardwarmte

Voormalig gasfitter Herman Brinkhuizen (62) uit Groningen heeft een sensationele nieuwe warmtetheorie bedacht en er zelfs proeven mee gedaan. De zon geeft geen warmte. Warmte is een stof die uit de aarde komt. Zo ontstaan graancirkels door het drukverschil bij warmtelekken in de grond. Als bejaarden ’s zomers last hebben van de hitte, moeten ze de verwarming hoger zetten. Bliksem is concentratie van warmtestof die naar beneden valt. Het broeikaseffect bestaat niet. Buitenstaanders snappen zijn verhaal niet goed.

Helaas deelt Herman het lot van vele geniale ontdekkers. Hij heeft bij de natuurkundewinkel in zijn woonplaats Groningen zitten praten als Brugman, maar ze wilden er niet aan. Volgens Herman zijn het mensen die alles uit een boekje geleerd hebben en dat maar napraten. Zijn theorie heeft hij naar diverse universiteiten in binnen- en buitenland gestuurd, die niet eens de moeite namen om te antwoorden. Ten einde raad heeft hij het pakket documenten aan zijn huisarts gestuurd.

Het heeft Herman niet meegezeten in het leven. Twintig jaar geleden raakte hij in de WAO, hij vergokte zijn huis met Golden Ten, en zijn huwelijk ging kapot. Hij is inmiddels alweer acht jaar hertrouwd met een lieve Poolse vrouw, en hij vindt afleiding in zijn theorieën. Zo zijn die nog ergens goed voor. (Dé Krant van Groningen, 5 januari 2005, jwn)

Naar overzicht Parariteiten

2. Waterstof is boem

Nadat de Hindenburg in 1937 in 34 seconden helemaal verbrandde, werd waterstof verder te gevaarlijk gevonden, tot medio 2000 ene Addison Bain betoogde dat de verf op de buitenkant de eigenlijke boosdoener was. Die verf bestond uit een mengsel van metaal en lak, en dat was volgens Bain eigenlijk een soort raketbrandstof. Dat was een opsteker voor de waterstoflobby van Bain. Nu hebben Alex Dessler en anderen deze claim onderuitgehaald: een dergelijke verflaag brandt in een tempo van een halve centimeter per seconde.

Bob Park van What’s New (www.aps.org/WN/) vertrouwt Dessler wel, want dat is een natuurkundige met een lange staat van dienst. Wat is Bain eigenlijk behalve aanhanger van de heilsleer van het waterstof? Waar heeft hij zijn academische titel behaald? Bains alma mater bleek de California Coast University in Santa Ana te zijn. Daar geeft men slechts correspondentiecursussen bedrijfskunde, onderwijskunde en psychologie, en daar kreeg Bain in 1998 een doctorsgraad in de bedrijfskunde. (jwn)

Naar overzicht Parariteiten

3. Da Vinci Code

In 1982 schreven Baigent, Leigh en Lincoln The holy blood and the holy grail. Het werd een bestseller over de geheimen van pastoor Bérenger Saunière en de Priorij van Sion. In 1989 werd het geparodieerd door Umberto Eco in De Slinger van Foucault. In 1996 werd het nog eens dunnetjes overgedaan door Andrews en Schellenberger met The Tomb of God (zie Skepter, juni 1997). Het idee is dat Jezus met Maria Magdalena naar Frankrijk is gegaan en daar een gezinnetje heeft gesticht, waarvan de nazaten nog onder ons zijn. De pastoor zou in het bezit zijn van documenten die dit bewezen, en hij werd rijk door de rooms-katholieke kerk te chanteren (in werkelijkheid verdiende de pastoor met het grootschalig vergaren van misintenties).

Dan Brown heeft weer zeven jaar later dezelfde elementen nog eens door elkaar gehusseld en er deze keer een zogeheten luchthavenroman (veel vaart, diepgang nul, maar wel met ellenlange colleges) van gemaakt. De naam van Saunière is niet eens veranderd, en Leigh en Baigent komen op doorzichtige manier terug in de naam van de schurk die aan het eind een geschifte manipulator blijkt. Veel duidelijker had Brown toch niet een lange neus kunnen maken naar de lezer, maar het lukt hem toch. Het geheim zou draaien om de eeuwenlange onderdrukking van de vrouw door de rooms-katholieke kerk, en aan het eind blijkt de dea ex machina het wel goed zo te vinden.

Het werd weer een bestseller, en omdat het niveau een stuk lager was dan de vorige versies, verkocht het nog beter. De gevolgen zijn fenomenaal. Omdat in een ander boek van Brown het CERN voorkomt, is er opeens een enorm toegenomen belangstelling voor dit centrum voor onderzoek van elementaire deeltjes. Toeristen lopen de in het boek genoemde locaties plat. Er worden congressen aan gewijd, en een hele reeks boeken is verschenen om alle onzin te ontkrachten. De aartsbisschop van Genua, kardinaal Tarcisio Bertone, wilde zich per medio maart ook aan dit tegenspreken gaan wijden. Om te beginnen raadt hij iedereen af het boek te lezen. Dat was voor SdP aanleiding om het boek meteen maar aan te schaffen. De kardinaal heeft wel gelijk, maar is hij niet eigenlijk de laatste die moet klagen over de onbetrouwbaarheid van religieuze fictie?

De kennelijke zevenjaarscyclus van deze legende suggereert dat er in 2010, 2017 enzovoorts weer nieuwe opzienbarende bewerkingen van dit thema komen, van wellicht telkens lager niveau om zo weer nieuw publiek aan te boren, met een andere beroemdheid als aandachtstrekker, Isaac Newton bijvoorbeeld. (jwn)

Naar overzicht Parariteiten

4. Occulte leerstoel

De Universiteit van Leiden hecht aan tradities. Dat was misschien een reden om dit jaar opnieuw een bijzonder hoogleraar ‘Metafysica in de geest van de Theosofie’ te benoemen. Het is een verborgen (occulte) leerstoel waarvan weinigen het bestaan kenden. Erg oud is de traditie overigens niet, want de theosofische leerstoel ‘namens de stichting Proklos’ werd pas in 1958 ingesteld. De nieuwe hoogleraar werd aangekondigd in het tijdschrift van de Theosofische Vereniging, die in Nederland enkele honderden leden telt. Zij bestuderen nog altijd de occulte en fantasierijke leringen van het omstreden medium Helena Petrovna Blavatsky. Een van de doelstellingen van de vereniging is het onderzoeken van onverklaarbare wetten die in de natuur besloten liggen, en van de geestelijke vermogens die in de mens sluimeren.

De filosoof dr. Hans Gerding, directeur van het Parapsychologisch Instituut en bekend van de poltergeist in Druten (zie Skepter, maart 1996 en september 1998) leek geknipt voor de leerstoel, want hij houdt van sterke verhalen. Ook in zijn inaugurele rede waren die volop te vinden. Zo vertelde Gerding over een Amerikaanse vrouw die tijdens haar bijnadoodervaring een tennisschoen had zien liggen op een richel aan de buitenkant van het ziekenhuis waar ze ’s nachts was binnengebracht. ‘Later werd die tennisschoen daar inderdaad gevonden.’ Hoewel Gerding dit verhaal noemt als voorbeeld van een toetsbare grensoverschrijdende ervaring, vond hij het blijkbaar niet nodig om de feiten correct en volledig weer te geven.

Het verhaal werd voor het eerst gepubliceerd door een sociaal werkster. Zij heeft als enige de vrouw in kwestie gesproken. In de originele versie staat dat de vrouw al drie dagen in het ziekenhuis lag voordat ze haar bijnadoodervaring kreeg. Drie skeptici hebben later vastgesteld dat de tennisschoen, die buiten in de vensterbank lag, goed zichtbaar was (Parariteiten, september 1996). Het lijkt dus aannemelijk dat de vrouw haar kennis niet aan haar uittredingservaring te danken had.

Gerding geeft toe dat één afgetrapte tennisschoen misschien niet voldoende is om ‘meerdere wetenschappen tot revolutie op te roepen’. Daarom geeft hij nog maar een voorbeeld uit de oude doos: in 1759 was Emanuel Swedenborg op een feest in Gotenburg toen hij in een visioen zag dat er een brand woedde in Stockholm. Dat werd twee dagen later bevestigd door een boodschapper. Gerding meldt dat de filosoof Immanuel Kant zwichtte voor dit verhaal, nadat hij het had laten verifiëren door een vriend (de koopman Joseph Green). Het lijkt echter niet onbelangrijk om daarbij te vermelden dat het onderzoek pas maanden later plaatsvond en dat er niets van bewaard is gebleven.

De verhalen worden volgens Gerding ondersteund door de resultaten van parapsychologische experimenten, die alle twijfel aan de werkelijkheid van ‘anomale correspondenties’ hebben weggenomen. Hij verzwijgt daarbij dat er in Nederland jarenlang experimenten werden uitgevoerd die niets opleverden. Nu het anomale aannemelijk is gemaakt, ligt de weg naar het hogere open: ‘Wij moeten ingaan op de vraag of er uitzicht is op onderzoekbaarheid van transcendentie’. Gerding geeft inmiddels colleges over ‘synchroniciteit en transcendentie’.

Een voorbeeld van transcendentie waren de contacten van Blavatsky met ‘niet fysiek aanwezige meesters’. Gerding veronderstelt dat zij in een dissociatieve toestand verkeerde, waarin ze ‘een reservoir van latente intelligentie en creativiteit’ kon aanboren. In zo’n toestand kan de mens volgens hem in contact komen met ‘wijsheid’. Het valt niet uit te sluiten, maar het lijkt me wel lastig om de wijsheid van alle onzin en overschrijfwerk te onderscheiden. (rn)

Naar overzicht Parariteiten

 

Skepter 18.2 (2005)

Tekening van Jaap van den Born
We gaan die poema niet vangen, maar verdrijven.

1. Weg duivel

Een van de christelijke fabels is dat er onzichtbare duivels bestaan, en dat je die met het goede ritueel (eigenlijk een eenvoudig soort gebedsgenezing) kunt uitdrijven. Vanaf 17 februari 2005 kregen 120 jonge theologen een opfriscursus exorcisme aan de prestigieuze pauselijke universiteit Regina Apostolorum.

In Italië zouden er wel 100.000 satanisten zijn die in clubverband zwarte kleren dragen en rare muziek spelen. Het begint met lang naar het plafond kijken. Een half miljoen Italianen gaat jaarlijks naar de exorcist. De roomse kerk heeft in heel Italië maar vierhonderd exorcisten. Een zo’n man verjaagt 20 keer per jaar een duivel. De 74-jarige Gabriele Amorth, de hoofdexorcist van Rome, heeft daarentegen dagelijks wel tien klanten, waaronder veel artsen, maar hij is geen docent van de cursus. In 2000 verjoeg hij bij een stout meisje nog een duivel die zelfs aan de paus weerstand had geboden. Er is dus nog een grote markt.

Hoe weet je of iemand door de duivel bezeten is? Als iemand plotseling een afkeer van christelijke symbolen heeft, dan is dat een sterke aanwijzing. Als hij of zij weer rustig wordt, weet je dat de duivel weer weg is. Naar verluidt zullen ook psychiaters aan de toekomstige exorcisten uitleggen wanneer ze de dokter moeten bellen.

In Nederland loopt het allemaal zo’n vaart niet, hoewel sommige bijbelgordelaars achter kindervermaak als Harry Potter ook duivels zoeken. Meer over modern exorcisme staat in een artikel van kunsthistorica Lucinda Dirven in het jonge tijdschrift Theologisch Debat. (jwn)

Naar overzicht Parariteiten

2. Een poes als poema

Op woensdag 15 juni verschenen de eerste berichten over een poema die in de buurt van Ede op de Ginkelse Heide was gesignaleerd. Het dier slaagde erin drie weken lang in het nieuws te blijven. Burgemeester Robbertson liet het gebied afzetten en schakelde tientallen marechaussees, politiemensen en jagers in. Zij kregen de opdracht het gevaarlijke roofdier te doden. Veel kinderen en natuurliefhebbers kwamen tegen deze moordplannen in opstand en lieten via de media hun verontwaardiging horen.

Arno van der Valk (56) sprak van een heksenjacht. De poema vormde volgens hem geen groot gevaar en kon met een valkooi of een verdovingsgeweer worden gevangen. Van der Valk is in het Friese dorpje Nijeboerkoop directeur van het roofdierenopvangcentrum van de Stichting Pantera. Er meldden zich die woensdag talloze camerateams en journalisten bij hem. Daar had hij echter al wel wat ervaring mee.

Onder druk van de publiciteit besloot burgemeester Robbertson de stichting Pantera in te huren om de poema te vangen. Maar dat moest wel binnen enkele dagen lukken en op zondag mocht er niet gewerkt worden. Van der Valk was van plan het beest met behulp van ruiters en bloedhonden in een boom te jagen. Op zaterdagavond kreeg hij echter plotseling een telefoontje van de politie in Apeldoorn. Daar had een hele groep feestvierders anderhalf uur lang naar een poema gekeken. Ook teamchef Henk Schouten van de politie Noord-Oost Gelderland had het dier met eigen ogen gezien. De loco-burgemeester van Apeldoorn nodigde Van der Valk uit zijn werkterrein te verleggen. Hoewel er ook nog meldingen uit Ede kwamen en het dier uit Apeldoorn een veel donkerder vacht bleek te hebben, ging Pantera graag op het aanbod in.

Er werd snel succes geboekt. Op dinsdag 21 juni maakte Van der Valk op grote afstand een reeks foto’s van het vermeende roofdier en een dag later verkreeg hij ook videobeelden. Het verdovingsgeweer kon helaas niet worden ingezet omdat dit niet verder reikte dan 20 meter. Het nieuws werd bekend gemaakt op een persconferentie in het Raadhuis. De burgemeester van Apeldoorn liet weten dat er geen termijn werd gesteld aan de activiteiten van Pantera. Zijn collega uit Ede liet verstek gaan op de bijeenkomst.

De foto’s waren erg vaag en het dier leek nogal klein in verhouding tot het gewas. Het zou nuttig zijn geweest als men de foto’s opnieuw had genomen met een maatstok in beeld. Van der Valk ging in het weekend terug naar Friesland, waar hij nog 48 roofdieren moest verzorgen. Gulle donoren schonken een terreinwagen, een verdovingsgeweer en een tweepersoonsvakantie. Pantera stuurde een persbericht rond met een grote foto van het Beach Resort op Curaçao dat Arno had uitgenodigd. Men wilde nog tot half augustus naar ‘Winnie de Poohma’ blijven zoeken. Nieuwe meldingen en successen bleven echter uit. Op 6 juli besloten de betrokken gemeenten dat Van der Valk niet langer nodig was.

Inmiddels stonden er grote foto’s op de website van Pantera. Nauwkeurige beschouwing leerde dat daarop een donkergestreepte kat te zien was. Ook Van der Valk realiseerde zich dat het dier geen poema kon zijn. Een e-mailtje dat iemand hem stuurde, bracht de oplossing, zo vertelde hij voor de radio. Naar verluidt was er in Limburg een dame geweest die een huiskat met een panter had gekruist. Daar waren twee jongen uitgekomen. Een was overleden en de andere ontsnapt. Deze panterkat werd in 1997 voor het eerst waargenomen in Valkenburg. Ook latere meldingen uit Roermond, Ommen, Staphorst, Otterlo en Beekbergen hadden er vermoedelijk betrekking op. De verwachting is dat het dier in de toekomst opnieuw ergens zal opduiken. Ook op de Britse eilanden worden regelmatig ongrijpbare poema’s gespot. (rn)

Naar overzicht Parariteiten

3. Smulders’ graal

Voormalig stuurman op de grote handelsvaart Jan Smulders heeft negen jaar gestudeerd op het graalmysterie. Hij heeft er in onbeholpen Nederlands een onsamenhangend boek over geschreven, dat uitgeverij Aspekt ongezien wel wilde uitgeven, onder de titel De Ware Graal en zijn valse hoeders: Da Vinci één van hen, maar de code niet de zijne. Het kreeg eveneens ongezien 2000 bestellingen van boekhandels, en een uitvoerige sympathieke bespreking in het Nederlands Dagblad en de VPRO-gids, die beter zouden moeten weten.

Volgens Smulders is de Ware Graal een wiskundige constructie. Men stelle zich een cirkel voor met daarop de minuten van de klok gemarkeerd. Trek een verticale lijn C van 0 minuten naar het halve uur (30 minuten) en trek die een eindje door. Verbind dan minuut 6 met minuut 27, de verlenging snijdt C. Bepaal ook het snijpunt van de verbindingslijn tussen minuut 9 en 42 met C. De bewering is nu dat de afstand tussen de twee snijpunten pi (3,14) maal de straal van de cirkel is. Smulders geeft geen waarde. Toen ik de uitgever belde om nadere inlichtingen, kreeg ik hem meteen aan de lijn. Hij had de waarde nog steeds niet uitgerekend en daarom heb ik het maar zelf gedaan. Smulders’ pi is de tangens van 72 graden, dus 3,08. Dat is veel onnauwkeuriger dan wat de oude Egyptenaren dachten (3,125).

Smulders beweert dat het verschil met de wiskundige pi hem zit in de kromming van het aardoppervlak en de algemene relativiteitstheorie. Kennelijk heeft hij eens een betonvloertje niet waterpas kunnen krijgen, en de bolvorm van de aarde de schuld gegeven. Ook aan de telefoon hield hij vol dat afwijkingen veroorzaakt door de kromming van het aardoppervlak onafhankelijk zijn van de schaal waarop ze worden gemeten. Over de kromming van lichtstralen door de zwaartekracht hebben we het dan niet eens.

Deze meetkundige constructie voor pi=3,08 zouden de bouwers van Stonehenge al gekend hebben, en ook is het geheim verwerkt in schilderijen en gebouwen en geheimzinnige teksten. Het boek bevat diverse leuke plaatjes die bedorven zijn door onzinnige constructies die er overheen getekend zijn. Ook is de auteur gefascineerd door de zogeheten gulden snede (een half wortel vijf min een half), die hij voor de sleutel tot bovenstaande constructie houdt, en hij haalt diverse capriolen uit om de eerste drie cijfers na de komma van dat getal tevoorschijn te toveren. (jwn) (Lees voor meer informatie de uitgebreide versie van deze Parariteit.)

Naar overzicht Parariteiten

4. Geen idee

Toen minister Maria van der Hoeven op 1 maart 2005 in haar weblog schreef: ‘Ikzelf geloof evenmin in “toeval”‘ en het plan opvatte om door middel van een ‘academisch debat’ de ‘wetenschappers van verschillende geloofsrichtingen met elkaar te verbinden’, en de resultaten toe te passen op ‘scholen en in lessen’, was het duidelijk dat ze er geen idee van had waar ze zich in had gestort. Cees Dekker, met wie ze had zitten praten, had haar niet verteld dat het debat er al geweest was, namelijk in de kolommen van Skepter, en dat hij zelfs via Skepter in contact met zijn medestander Ronald Meester gekomen was. Het was het begin van een discussie die in het Skepter-archief met circa 100 knipsels is vertegenwoordigd.

De minister zal wel nog steeds niet snappen waar het om gaat. Twee bisschoppen, de doctores De Jong en Punt, mengden zich ook in dit debat over biologie. Voor De Jong is selectie een verkapte manier van naar een doel toewerken. De Jong vindt toeval maar niks, want als iedereen product van toeval is, is de hele moraal willekeurig en kan iedereen zijn gang maar gaan, en bestaat rechtvaardigheid niet. Punt: ‘Is toeval en willekeurige natuurlijke selectie voldoende verklaring? … Als achter het universum geen oneindige intelligentie en liefde schuilgaat wat dan? Dan is er geen rechtvaardigheid meer …. Dan is het leven een boosaardige grap.’

Begin juli 2005 haalde de aartsbisschop van Wenen, kardinaal Christoph Schönborn, wijlen paus JPII aan die in 1985 onder meer zei: ‘Evolutie … [als] een ongeleid proces van toevallige variatie en natuurlijke selectie, is niet waar. De ontkenning van het overdonderend bewijs van ontwerp in de biologie is geen wetenschap. … Om over toeval te spreken … komt erop neer dat we het opgeven om naar een verklaring te zoeken voor de wereld … Het zou erop neer komen dat er effecten zonder oorzaak waren.’ (Exit kwantummechanica.) Ook de nieuwe paus, al evenmin een bioloog, heeft gezegd: ‘Wij zijn geen toevallig en zinloos product van evolutie.’ Ook Saddam Hussein, Jozef Stalin, Adolf Hitler en Mao Zedong waren door God gewild en noodzakelijk. Maria van der Hoeven gelooft dus precies wat de paus haar voorschrijft. (jwn)

Naar overzicht Parariteiten

Skepter 18.3 (2005)

Tekening van Jaap van den Born

1. JFK’s folklorestoofpot

Op 22 november 2005 is het 43 jaar geleden dat president Kennedy in Dallas werd vermoord. Op 18 november begint eveneens te Dallas een driedaagse Research Conference on the assassination of President John F. Kennedy, met ondermeer een excursie naar Dealy Plaza, het verkeersplein waar JFK passeerde toen Lee Harvey Oswald zijn schoten afvuurde. Organisator is de particuliere onderzoeksinstelling JFK Lancer.

De moord op president Kennedy, en dan met name de idee dat de moord het resultaat was van een complot, behoort inmiddels tot de Amerikaanse folklore in het rijtje UFO’s en Skull & Bones. Zeker na Oliver Stones verfilming van de complotversie van de moord gelooft nog slechts een kleine minderheid van de Amerikanen in de één-dader theorie. Dat de twijfel over Oswalds daderschap bij sommigen uitgroeide tot de zekerheid bij velen dat achter de moord een samenzwering steekt, is een gegeven dat de Amerikaanse overheid zichzelf kan aanrekenen.

De door Kennedy’s opvolger Lyndon B. Johnson samengestelde commissie, die onder leiding van opperrechter Warren de moord moest onderzoeken, moest wel tot scepsis leiden. Objectieve waarheidsvinding leek niet vanzelfsprekend met de deelname van Allan Dulles, oud-CIA-directeur en gezworen vijand van de gebroeders Kennedy. Met naast Dulles een keur aan andere politieke zwaargewichten was de commissie in de ogen van de Amerikanen te zeer gelieerd aan het politieke establishment van regering, bureaucratie en veiligheidsdiensten, dat nu juist bij velen in het verdachtenbankje stond.

In haar rapport (zelfs Chroestsjov kreeg een exemplaar) poneerde de commissie de single bullet theorie, waarmee de vreemde kogelbanen in Kennedy’s lichaam werden verklaard. Oswald was een ‘lonely nut’, er was geen tweede schutter en dus was er geen complot, luidde de officiële conclusie. De eminente Engelse filosoof Bertrand Russell kwalificeerde het rapport onmiddellijk als ‘erbarmelijk ondeugdelijk’ en verwoordde daarmee voor velen het gevoel dat er politiek brisant materiaal in de doofpot was verdwenen.

Complottheorieën doen al 43 jaar de ronde. Deze theorieën zijn het eens over het feit dat Oswald niet alleen handelde. Ze verschillen echter in hun visie over het daderschap (maffia, CIA, Texaanse oliemagnaten, etc.), de omvang van de samenzwering (zat LBJ in het complot?) en het motief (JFK’s oorlog tegen de maffia, zijn strijd voor burgerrechten, terugtrekking uit Vietnam). Daarmee zijn de motieven niet uitgeput: ‘Was JFK silenced over his UFO knowledge?’, vraagt Jim Marrs, de ongekroonde keizer van het Amerikaanse complotdenken zich in een artikel af. Marrs is trouwens een van de sprekers bij het JFK Lancer congres.

Een ander hardnekkig gerucht wil dat George Bush senior in 1963 op de loonlijst van de CIA stond. Bovendien was hij op 22 november in de omgeving van Dallas en heeft hij nooit een goed alibi kunnen verschaffen. Dat de ‘nieuwe wereldorde’ sinds 9/11 zijn beslag krijgt onder Bush junior, is natuurlijk ook allerminst toeval. Alles hangt dan ook samen met het S&B-lidmaatschap van vader en zoon Bush.

Complottheorieën zijn holistisch in die zin dat elk nieuw gegeven naadloos kan worden ingepast in een min of meer samenhangend geheel. Naarmate er meer tijd verstrijkt en het verifiëren van de meest basale feiten problematischer wordt, barst de complottheorie uit haar voegen. De conclusie van de Research Conference zal – net als de Warren-commissie – alleen al door haar samenstelling geen verrassing zijn. Daar staat de deelname van types als Marrs voor garant.

De belangrijkste officiële stukken, waaronder het CIA-dossier van Oswald, blijven tot 2038 achter slot en grendel. Dat biedt perspectief voor aanhangers van de complottheorie. Voor wie er straks niet bij kan zijn in Dallas, in de Nederlandse theaters speelt binnenkort Lee Harvey Oswald – The Musical. (sk)

Naar overzicht Parariteiten

2. Homeopathische waard

Afgelopen zomer kwam de homeopathie weer op diverse wijzen in het nieuws. Dr. Li Xiaorui van de Wereldgezondheidsorganisatie heeft geprobeerd homeopathische propaganda tot officieel WHO-document te laten verklaren, zie hiervoor het verslag van de conferentie in Brussel in deze Skepter en de website van Skepsis. Diverse meta-analyses van homeopathie hebben al aangetoond dat er van hahnemannistische middelen geen specifieke genezende werking uitgaat (zie Skepter, maart 2003). Sommige homeopaten trekken al de conclusie dat de homeopathie niet wetenschappelijk te bewijzen valt. Aan de veronderstelde onstoffelijke maar toch genezende werking van oneindige verdunningen voegen zij dus ook vormen van kennisverwerving toe die niet op controleerbare feiten vallen terug te voeren. Toch laat het reeds gedane onderzoek opvallend veel schijnbaar positiefs zien. De bekende studie van de heren Kleijnen, Knipschild en Ter Riet uit 1991 merkte dit al op. Zij gaven publication bias de schuld. Omstreeks dezelfde tijd (1990) publiceerden de dames Hill en Doyon hun analyse die aanzienlijk negatiever was, maar zij hadden zich dan ook beperkt tot onderzoeken met correcte verloting. De positieve resultaten van de homeopathie waren ook aanleiding voor Jan P. Vandenbroucke om te wijzen op het effect van vooroordeel op de uitslagen van onderzoek (zie ook Skepter, maart 2000). Vandenbroucke had al opgemerkt dat je aan een zogeheten trechterplot kunt zien dat bij kleine onderzoeken allerlei vertekeningen mogelijk zijn.

Een artikel in de Lancet richtte zich op dit aspect. Het ging uit van 110 onderzoeken van homeopathie (zo’n beetje alles wat er te vinden was) en vergeleek die met bijna 400.000 onderzoeken van reguliere geneeskunde, dat wil zeggen met een blindelings getrokken steekproef van 110 onderzoeken daaruit. Bij beide groepen van 110 kon je een effect van vertekening zien. Grotere en beter opgezette onderzoeken waren uiteraard nogal zeldzaam, maar die gaven aan waar het aan schort bij de homeopathie. De grote reguliere onderzoeken gaven een ondubbelzinnig effect aan van het onderzochte medicament, terwijl de grote homeopathische onderzoeken geen duidelijk effect aantoonden. De Lancet liet doorschemeren dat ze verder onderzoek zinloos vonden.

Het is natuurlijk niet vreemd dat groots opgezette onderzoeken van reguliere middelen een positieve uitkomst te zien geven. Men gaat gewoonlijk geen kostbaar onderzoek opzetten als men geen gegronde vermoedens heeft dat de behandeling in kwestie werkt. Zich storten in kansloos onderzoek is een typisch skeptische hobby. Aan de andere kant zou men denken dat na twee eeuwen homeopathie de kansrijke homeopathische behandelingen zo onderhand wel gevonden zouden zijn. In Nederland werd bijvoorbeeld gedacht dat klassieke homeopathie het beste werkte bij infecties van de bovenste luchtwegen van kleine kinderen. Daarom werd het onderzocht, met trouwens ‘niks’ als resultaat (zie Skepter, september 1993). Daarom kan men het Lancet-onderzoek samenvatten als: bias werkt overal en vooral bij kleine onderzoeken, maar de homeopathie moet nog steeds met het eerste solide bewijs komen.

De homeopaten waren uiteraard weinig gecharmeerd van deze uitkomst. Ze kwamen weer met de gebruikelijke argumenten uit de ongecontroleerde privé-praktijk zoals tevreden patiënten en de vermeende werking bij dieren en kinderen. Ook het argument dat de ‘echte’ homeopathie (met individuele consulten door echte homeopaten) helemaal niet onderzocht was, stak de kop weer op. Daar hoor je ze nooit over als er weer eens een mallotig chemisch onderzoek met hoogverdund spul in druk verschijnt. De Volkskrant deed een soort straatonderzoek onder leken, en die bleken alle alternatieve middelen en met name kruidenmiddelen en voedingssupplementen homeopathie te noemen, in elk geval niemand die hoog opgaf van Sulphur C200.

Eén argument van de homeopaten gaf verder inzicht in hun denkwereld. Ze beschuldigden de auteurs van twee doodzonden. De ene was dat ze stiekem de paar goede reguliere onderzoeken helemaal niet door verloting hadden uitgezocht en dat de conclusie dus berustte op acht speciaal geselecteerde onderzoeken. De andere was dat de auteurs vijandig waren ten opzichte van de homeopathie en dus … . Zoals de waard is, vertrouwt hij zijn gasten, denk ik dan. (jwn)

Naar overzicht Parariteiten

3. Historikernijd

Niet alleen Amerikaanse historici wachten met smart op het vrijgeven van belangwekkend archiefmateriaal. Ook in Nederland zullen onderzoekers soms geduld moeten oefenen, willen ze het naadje van de kous weten. Hare Majesteit heeft besloten dat jurist en historicus Cees Fasseur exclusieve toegang krijgt tot voorheen gesloten archieven van het Koninklijke Huis om een boek te schrijven over de Greet Hofmansaffaire. Fasseur, bekend van zijn tweedelige Wilhelminabiografie, krijgt ook inzage in het rapport-Beel. Dit tot nog toe geheime werk zal bij gelegenheid van het verschijnen van Fasseurs boek openbaar worden gemaakt. Dat mag een schrale troost heten voor collega-historicus en Beelbiograaf Lambert Giebels. Deze tekende bezwaar aan tegen de bevoorrechte positie van Fasseur. Giebels had graag een aantal vragen rond het hofconflict beantwoord willen zien en wenst daarbij Fasseurs boek niet af te wachten.

Giebels gaf aan dat hij, in tegenstelling tot Fasseur, de Hofmansaffaire tegen de achtergrond van de Koude Oorlog zou bezien. Een andere vraag die hem bezig houdt, is waarom Bernhard zijn toezegging om het voorzitterschap van de Bilderbergconferenties neer te leggen geen gestand deed, terwijl Juliana haar deel van de afspraak, alle contacten met Hofmans afbreken, wel na kwam.

Fasseurs critici menen dat zijn hagiografische Wilhelminabiografie hem in deze geprivilegieerde positie heeft gebracht. Bovendien is Fasseur raadsheer bij het Amsterdamse gerechtshof. Daar behoort hij tot het selecte gezelschap dat het werk van de Algemene Inlichtingen en Veiligheidsdienst (AIVD) controleert. Zo’n man kun je geheimen toevertrouwen.

Jalousie de métier of niet, Giebels heeft een punt. Ook al verricht Fasseur zijn onderzoek in de grootste onafhankelijkheid en objectiviteit, aan de exclusieve keuze van de koningin is het principiële bezwaar verbonden van de oncontroleerbaarheid van zijn bronnen.

Wordt het hier ook niet tijd voor een heuse driedaagse onderzoeksconferentie? Ik weet nog wel een lokatie. De bossen bij Oosterbeek zijn schitterend in het najaar. Er schijnt daar ook een uitstekend hotel te zijn. (sk)

Naar overzicht Parariteiten

 

Skepter 18.4 (2005)

Tekening van Jaap van den Born
En na deze brief van Paulus zelf, edelachtbare, roep ik nu mijn belangrijkste getuige.

1. Middagzon

De meest verrassende dingen komen voor de rechter. In Italië woont wat ten noorden van Rome in Roccalvecce de ongodist Luigi Cascioli (74). Deze landbouwkundige noemt zichzelf de dapperste atheïst, hoewel hij geen ernstige juridische en extrajuridische wraaknemingen van moslims hoeft te vrezen, zoals zijn collega’s elders. Hij schreef in 2001 De fabel van Christus. In dat boek betoogt hij dat de evangelieverhalen losjes zijn gebaseerd op het leven van ene Johannes van Gamala, een Joodse opstandeling onder wiens mederebellen zijn broers Simon, Judas en twee Jacobussen waren (vergelijk bijvoorbeeld Marcus 6, vers 3). De naam Jezus zou rond het jaar 180 verzonnen zijn.

Hij citeert veel historische bronnen. Zo haalt hij Augustinus (354-430) aan, die volgens hem in 350 geschreven zou hebben: ‘Als bewezen kon worden dat de aarde rond is, dan zou het hele katholicisme een dwaling zijn.’ Augustinus schreef echter in werkelijkheid in De Genesi ad litteram (401-415) dat zotten die hun eigen bekrompen ideeën in de bijbel proberen te lezen, maken dat de heidenen de christenen zullen verachten, en dat de vorm van de aarde volstrekt irrelevant is voor ons heil, en dat als de filosofen zouden vaststellen dat de aarde rond is, we dat gerust mogen aannemen. Misschien is de rest van Cascioli’s citaten betrouwbaarder.

Wellicht als reclamestunt voor zijn boek klaagde hij in 2002 pastoor don Enrico Righi en alle andere Italiaanse rooms-katholieke geestelijken aan wegens volksmisleiding (abuso della credulità popolare) en ‘impersonatie’ (meewerken aan de totstandkoming van een valse identiteit), misdrijven die in het Italiaanse Wetboek van Strafrecht staan. Righi had in het parochieblad van de St. Bonaventurakerk in het naburige Bagnoregio betoogd dat Jezus wel degelijk bestaan heeft. Righi was overigens Cascioli’s medeseminarist (in Bagnoregio) toen ze beiden nog voor priester studeerden. Voor de details kan men terecht op Cascioli’s website, waar men ook het boek (in drie talen) kan bestellen.

Processen in Italië kunnen eindeloos duren, en nu is er een rechter die in opdracht van een hoger hof de aangeklaagde heeft opgedragen om met een sluitend bewijs te komen dat Jezus echt bestaan heeft. Righi verklaarde dat dit lastig is, want ‘als Cascioli midden overdag de zon niet ziet en ik wel, hoe kan ik hem dan overtuigen?’ (jwn)

Naar overzicht Parariteiten

2. Kiesbeter

Op de overheidswebsite www.kiesbeter.nl wordt voornamelijk onder ‘alternatieve behandelingen’ maar ook bij ‘psychologische behandelingen’ en in de encyclopedie een groot aantal onzintherapieën besproken. Een algemeen artikel vermeldt: ‘Het nut en de werking van alternatieve geneeswijzen zijn niet wetenschappelijk bewezen’, wat raar gezegd is. Van alternatieve behandelwijzen bestaat per definitie geen bewijs dat ze genezen. Het is dus onzin om over geneeswijzen te spreken en al helemaal over de werking daarvan, alsof het eigenlijk al bestaat en het definitieve bewijs eraan zit te komen. De frase is dus zoiets als ‘de kieuwen van de koning van de Franse republiek’. Bovendien zijn veel van die alternatieven schadelijk, en niet alleen omdat soms ‘een alternatieve genezer de regulier gestelde diagnose in twijfel trekt’, zoals website stelt. De alternatieven houden mensen soms weg van de dokter, of stellen angstaanjagende nepdiagnoses, en dringen peperdure of belastende behandelingen op.

Aan de verstrekte informatie is nauwelijks te zien dat het om onzin gaat. Bij iriscopie staat bijvoorbeeld in het gedeelte ‘Medische encyclopedie’: ‘Met iriscopie tracht men ziektes en functionele stoornissen in het lichaam te herkennen door middel van kleur, structuur en tekens in de iris.’ Bij de lijst van behandelwijzen staat: ‘Afwijkingen in de iris, zoals abnormale vlekken, verkleuringen of lijnen, kunnen volgens de iriscopie duiden op ziekten.’ De iriscopie is echter een van de grondigst weerlegde diagnostische systemen (bedacht door een homeopaat, trouwens). Ook bij homeopathie lijkt het alsof er klakkeloos propaganda is overgeschreven: ‘Homeopathische geneesmiddelen zijn gemaakt van natuurlijke stoffen, die worden verdund en vermengd. … De eerste keer dat u een homeopathisch middel gebruikt kunnen de klachten erger worden. In de homeopathie betekent dit meestal dat het medicijn aanslaat.’

Zo doet de overheid precies wat al die alternatieven zo dolgraag willen: erkenning in welke vorm dan ook van een officiële instantie. Goede voorlichting over alternatieve behandelwijzen is heus wel mogelijk, men zie bijvoorbeeld het Duitse Die andere Medizin van de Stiftung Warentest, en het Kursbuch Seele van Krista Federspiel en Ingeborg Lackinger Karger.

Lang niet alle alternatieve behandelwijzen staan op kiesbeter.nl. Het Moermandieet en de macrobiotiek staan er wel in, maar over Houtsmuller wordt nergens gerept. Elektroacupunctuur wel, maar edelsteentherapie, wichelroeden en winti niet. De naïeve lezer kan niet anders dan denken dat de wel genoemde nog een beetje betrouwbaar zijn. Kiesbeter.nl noemt gebedsgenezing (waarbij de bijbel als autoriteit wordt geciteerd), maar Japanse duiveluitdrijving ho maar! Dat is je reinste discriminatie.

Wie verantwoordelijk is voor deze vermeldingen van dubieuze en onzinnige therapieën is niet te vinden. Onderaan de pagina’s staat dat het om een product van RIVM gaat, en elders dat de informatie over behandelingen komt van 2ZW. Ik nomineer de Nederlandse overheid voor de Meester Kackadorisprijs 2006. (jwn)

Naar overzicht Parariteiten

3. Homerisch gelag

Wij proberen deze rubriek vrolijk te houden, en deze keer draagt multimiljonair Paul Gelderloos zijn steentje bij. Hij is de baas van een telecombedrijf dat zich naar de beroemde Scarlet Pimpernel noemt, en dat kennelijk net als het alter ego van baronesse Orczy’s Sir Percy Blakeney een dekmantel is voor heel iets anders, namelijk Transcendente Meditatie (TM). Onze moderne en niet-fictieve Percy ontvoert geen ter dood veroordeelde adellijke personages, maar wil 500 jongens, pardon 1000 jonge mensen met terroristenvrees werven om leider te worden. Hun opleiding moet 17.000 euro kosten. Per persoon. Gelderloos is al premier van de ‘Vredesregering van Nederland’ maar heeft kennelijk nog wat ambtenaren en dergelijke voor zijn ministeries nodig.

Ik had in 1990 al contact met Gelderloos toen hij me in verband met de zweefproef (zie Skepter, maart 1991) probeerde te overtuigen van de wetenschappelijke kwaliteiten van de TM. Door die contacten ontving ik een artikel in het grondig gerefereerde vlaggentijdschrift van de TM, waarin de gepensioneerde advocaat S.K. Kapoor in 34 pagina’s een wiskundige stelling F bewees die nu even niet terzake is. Het bewijs ging, ontdaan van alle franje, als volgt. ‘Veronderstel F is niet waar. Als men uit het getalleninterval [0,1] het rationale getal 1 weglaat, heeft men een irrationaal interval, met nochtans een rationale lengte, namelijk 1. Dit is een tegenspraak. De aanname klopt dus niet, dus is F waar.’ Sindsdien heb ik de TM en hun gezweef en hun opeenvolging van megalomane plannen en hun zogenaamde wetenschap niet meer serieus kunnen nemen. Gelderloos erkent dat zijn denkbeelden sceptici in homerisch gelach doen uitbarsten, maar daar zit hij niet mee. (jwn)

Naar overzicht Parariteiten

4. De vloek van de ijsman

De vloek van Toetanchamon is zo grondig weerlegd dat het nu tijd wordt voor een nieuwe vloek. De man die in 1991 onder het ijs gevonden werd, Ötzi, heeft nu een eigen vloek (zie Skepter, september 1994). Er zijn sinds 1992 al zeven personen overleden die iets met hem te maken hadden (volgens sommige berichten allemaal binnen een tijdsbestek van een jaar, maar dat is onzin). Hoe ver de fantasie van de bijgelovigen reikt, is af te lezen aan het feit dat ook de Amerikaanse archeoloog Tom Loy die in Australië aan een boek over Ötzi werkte, meegeteld wordt. Hij leed al twaalf jaar aan een erfelijke bloedziekte. Zijn overlijden werd op 23 oktober 2005 bericht. Andere doden waren een documentairemaker (hersentumor) die aan een film over Ötzi werkte, een forensisch patholoog (auto-ongeluk) en twee bergbeklimmers die nauw bij de ontdekking betrokken waren en respectievelijk in een diepe spleet en onder een lawine terechtkwamen. Dat is natuurlijk heel toevallig, bergbeklimmers die bij hun hobby omkomen. Een lid van de reddingsbrigade die het lijk van een van hen moest ophalen, stierf vervolgens vervolgens kort na de begrafenis aan een hartaanval. Deskundige Konrad Spindler, die aan multiple sclerose leed, deed de vloek af als opgeklopte onzin. ‘Zo dadelijk gaan jullie nog zeggen dat ik de volgende ben.’ Hij was nummer zes, op de leeftijd van 66. Zeven is natuurlijk wel veel, maar het aantal mensen dat volgens de vloekzoekers bij de ijsman betrokken is, is natuurlijk wel erg groot en bevat zeker 150 geleerden. In de zeven is nog niet eens een professor uit Innsbruck meegeteld die had gewerkt aan een methode voor conservering van Ötzi, en die begin 2005 tijdens een openhartoperatie stierf. We zullen er nog wel meer van horen, speciaal als de oma van de bakker van de neef van de conciërge van het museum waar Ötzi ligt ook al het tijdelijke met het eeuwige verwisselt. (jwn)

Naar overzicht Parariteiten

5. Zit uw aura goed?

Henk van Kooten (50) uit Apeldoorn drijft al dertig jaar Kapsalon Henriko. Behalve wassen en watergolven doet hij ook heren (kale heren 11,50 euro, heren met haar drie euro meer), maar hij heeft een unieke extra service. Henk heeft zich namelijk al zeven jaar geleden in de reiki bekwaamd, en geeft een drie kwartier durende handoplegging voor 12,50 euro in een ruime achterkamer met kaarsen, wierook en een douche. Naar wens kan men ook een auralezing krijgen, of een oliemassage (alleen heren) en behandeling met edelstenen of hete stenen. Maar daar moet men wel een aparte afspraak voor maken. De klanten hoeven niet bang te zijn dat Henk tijdens het knippen stiekem naar hun aurakleuren gluurt. Daar moet hij zich namelijk echt op concentreren, maar af en toe ziet hij die in een flits. Overleden dierbaren ziet hij ook. Het is allemaal echt waar, want het stond in De Telegraaf. (jwn)

Naar overzicht Parariteiten

 

Vond u dit artikel interessant? Overweeg dan eens om Skepsis te steunen door donateur te worden of een abonnement op Skepter te nemen.

Steun Skepsis